Een tip die af en toe terugkomt in artikelen die ik lees over autisme, zowel vanuit het perspectief van autistische mensen als van mensen die betrokken zijn bij autisten als van personen die gestudeerd hebben om met hen om te gaan, is het beperken of vermijden van neokoloniale taal. Aanvankelijk wist ik niet meteen wat daarmee bedoeld werd, en wat er van mij verwacht werd. Daarom schreef ik er dit blogje rond, na er over nagedacht en gelezen te hebben.
Eva, lezeres van deze blog, vraagt me via mail of ze zich wel autist mag noemen nu ze sinds kort een autismediagnose heeft. ‘Of moet je eerst een bijzonder initiatieritueel ondergaan of geaccepteerd worden door de autisme-gemeenschap?’, sluit ze haar mail af.
Negen termen rond autisme zouden volgens recente onderzoeken onder vuur liggen, of in sommige artikelen expliciet vervangen. In deze blog een korte bespreking van elk van deze negen termen.
Wat heeft neurodivergent te maken met autisme, vraagt Tia, een lezeres van mijn blog. Op deze, niet zo gemakkelijke, vraag probeer ik vanuit eigen perspectief en zo duidelijk mogelijk antwoord te geven
Vijf termen die ik zelf gebruik rond autisme in een tekst of in een gesprek, met uitleg
Korte bespreking van de voornaamste bevindingen van de masterthesis van Imke Hiddink ‘Autistic Language or Language with Autism? A Discourse Analysis of the Preference and Uses of Disability Language within the Dutch Autism Community’ (Utrecht University, 2022).
Wat mag ik als niet-autist nog zeggen over autisme?, vraagt lezeres Renate, omdat ze zich in haar familie (met veel autistisch mensen) vaak gemuilkorfd voelt als het over autisme gaat.
Een vergelijkende studie van de pseudotypische, neurotypische en neurodivergente aard op basis van beperkte studies rond deze terminologie.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.