De worsteling om verstaan en geloofd te worden als je vertelt hoe het is, heeft een centrale plaats in dit artikel, waarin ik een uitspraak van een autistische vrouw op social media bespreek.
Een tekst over hoe ik communicatie ervaar, een pleidooi voor meer oog en bescheidenheid voor onze communicatieve mogelijkheden en beperkingen (autistisch of anders) en hoe ik mijn eigen communicatieve beperkingen ervaar in het dagelijks leven
De vraag of ik ooit (on)bedoeld de wet heb overtreden is eenvoudig te beantwoorden (ja) en ook weer niet, omdat de vraag een genuanceerd antwoord nodig heeft, zoals ik in deze blog probeer te geven.
In onze wereld van dooddoeners en schijnbare vanzelfsprekendheden ervaar ik tal van momenten waarop sociale signalen vaak niet zijn wat ze lijken, en grenzen flinterdun zijn. In deze blog ga ik in op de grens tussen vriendschappelijke glimlach en geflirt.
Ongepaste, als kwetsend beschouwde uitspraken, het komt ook tussen autistische mensen vaak voor, zowel op het internet als in individuele als groepscontacten. Een beschouwing vanuit persoonlijke ervaringen.
Ik heb een gouden hart. Zo zei de verhuurder van mijn appartement me toch vandaag. Ik wist niet meteen of ik dat als een complimentje moest zien of niet. In deze blog ga ik dieper in op waardering geven maar ook krijgen en interpreteren, wat ik moeilijk vind.
Gebruik ik ‘u’ of doe ik degene die ik aanspreek meer plezier met ‘je’? In de krant De Standaard verscheen er vandaag een lezersbevraging over. De chef eindredactie vroeg de lezers, zoals deze blogger, waar ze het liefst mee aangesproken worden: u of je. In deze blog ga ik vanuit eigen ervaringen in op deze vraagstelling.
In onze straat, op drie minuten van zee, is het een parade van fraaie en minder fraaie, al dan niet schaars geklede lichamen. Soms komt daar kritiek op van straatgenoten. Hoe ik dat ervaar, schrijf ik in deze blog.