In deze tekst schrijf ik over de complexiteit van onwetendheid en de implicaties van het vaak gebruikte “ik weet het niet.” Oorspronkelijk zag ik het als een teken van intellectuele nederigheid, maar deze houding blijkt soms bescherming te bieden tegen verantwoordelijkheid en betrokkenheid. Ik ontdek stilaan de waarde van onvolmaakte gedachten en communicatie, en heb geleerd dat echte groei voortkomt uit meer actieve deelname aan gesprekken, zelfs met imperfecte inzichten of ‘domme uitspraken’.
Elke dag bombarderen algoritmes me met motiverende infographics, waardoor ik op gelijke hoogte wordt gezet met vermeend autistische genieën of beperkt word op basis van mijn geslacht, afkomst en opleiding. Hoewel ik capabel ben, putten maatschappelijke verwachtingen en stress me uit. Ik verlang naar empathie bij het erkennen van de inspanning achter mijn prestaties. Begrijp dat succes niet moeiteloos komt.
Thomas, sinds kort een verwoed lezer van deze blog, schrijft me een lange mail die erop neerkomt dat hij twijfels heeft bij de autismediagnose die hij enkele weken geleden heeft ontvangen na een lang onderzoek in een bekend en in autisme gespecialiseerd multidisciplinair centrum. “Ik heb vertrouwen in hun kwaliteiten en hoe het onderzoek is verlopen maar toch twijfel ik of het wel kan dat ik autistisch ben, na al die jaren gedacht te hebben dat ik gewoon lui en lastig was. Bovendien ben ik ook maar gewoon een man zoals er zoveel zijn in de massa. Ik heb geen speciale kwaliteiten of talenten, ook geen bizarre beperkingen. Moet ik me zorgen maken over mijn twijfels? Wat kan ik doen? Zijn er volgens jou nog autistische mensen die twijfelen na zo’n onderzoek?’ Ik probeer Thomas’ vragen vanuit mijn eigen ervaringen van een genuanceerd antwoord te voorzien.
Ik krijg tijdens voordrachten of lezingen wel eens de vraag wat ik nu als mijn grootste probleem zie. Dat vind ik een moeilijke vraag. ‘Is je grootste probleem je autisme of de reacties van mensen om je heen, of van de maatschappij?’, vragen ze dan. Als ik kijk hoe mijn omgeving en de samenleving in mijn beleving reageert op mijn autisme zou je denken dat ik voluit ‘de reacties van mensen om me heen’ zou zeggen. Toch twijfel ik. In deze blog leg ik uit waarom.
Tien tips om samen te leven met autistische mensen aangenamer te maken vanuit eigen ervaring, geïnspireerd door andere autistische mensen.
Wat mag ik als niet-autist nog zeggen over autisme?, vraagt lezeres Renate, omdat ze zich in haar familie (met veel autistisch mensen) vaak gemuilkorfd voelt als het over autisme gaat.
Citaat uit het mooie ‘Dagboek van een natuurjongen’ van Dara McAnulty, over zijn zelftwijfel en perfectionisme.
Lezeres Anne-Lisa stuurde me een mailtje om te vragen of het aan haar autisme ligt dat ze telkens enorm twijfelt, en bijna ‘in een kramp schiet’, als ze een website bezoekt en gevraagd wordt akkoord te gaan met cookies. ‘Ook wanneer ik software wil installeren, en zo’n hele lap onleesbare tekst zie waarmee ik dan moet akkoord gaan, sla ik in paniek en weet ik echt niet meer wat te doen. Als ik het vertel aan mensen om me heen, lachen ze ermee, en vinden dat ik me zorgen maak om niets.’ In deze blog probeer ik vanuit eigen ervaring een genuanceerd antwoord te geven op haar vraag.