Het Plato-principe is een letterwoord en kapstok om te komen tot een dialoog die leidt tot een autismevriendelijke omgeving. Op basis van het artikel van Kobe Vanroy, internationaal educatief medewerker bij Sterkmakers, in het tijdschrift Sterk in Autisme, ga ik na in welke mate ik dit Plato-principe toepas in de voorbereiding van en communicatie rond mijn ervaringswerk.
Als er iets gevierd mag worden is het wel een van de oneindig veel vormen van liefde, niet beperkt tot vandaag. In deze blog vertel ik iets over autisme en liefde. Heel kort.
Toen een organisatie me onlangs vroeg om voor een publiek van zestienjarigen over mijn dromen van toen te spreken, was ik verrast. Zeker omdat ze er een lijstje van bijkomende vragen bijvoegde, die ermee samenhingen, zoals de angsten die ik toen had, en of dromen of angsten het gehaald hadden na al die jaren. Ik ben er niet op ingegaan, en in deze blog schrijf ik waarom en hoe ik dit thema dan wel zou bespreken vanuit mijn eigen ervaringen.
Nummer 68 in de reeks 1000 vragen aan jezelf met vragen als: Zal je ooit in Afrika wonen? Wat zou je laatste vraag kunnen zijn? Op welk moment in je leven sluipt volgens jou het einde binnen? Waarom is het geen vijf dagen weekend en twee dagen school volgens jou? Waarom vind je iets niet wanneer je zoekt maar komt het tevoorschijn als je het niet nodig hebt? Hoe komt het dat geen mens hetzelfde is? Hoe zal je eruit zien als je oud bent? Tot wanneer zal de reden volgens jou ons leven domineren? Wanneer eindigt volgens jou de eeuwige drang om jong te blijven? en Welke toekomst is er voor de liefde?
Temple Grandin, Amerikaanse zoöloog en vrouw met autisme, in ‘Calling All minds: How to think and create like an inventor’ (Penguin, 2018) over hoe zij zichzelf ziet als een denker op het humane spectrum en waarom autisme geen ‘one size fits all’ is.
Kamran Nazeer in zijn boek ‘Daar komen de gekken’ (De Arbeiderspers, 2007) over de vooroordelen die bestaan over (mensen met) autisme en wat volgens hem het verschil maakt als het gaat om autisme ‘verlichten’.
Een mooi moment in deze zomer. Over de ochtendstond aan het strand. Ik beschrijf wat er gebeurt tijdens mijn korte wandeling van half zes tot rond zes uur, tussen vlak voor en vlak na de zonsopgang.
Nummer vijfendertig in de reeks van 1000 vragen aan jezelf-blogs. Over waar ik kan over blijven doordrammen, of elke liefdesrelatie redden is, en met welk lichaamsdeel ik tevreden ben. Over hoe ik het leven spannend hou, of ik goed kan presteren onder druk, en welke levensfase ik het prettigst heb ervaren. Tevens komen vragen aan bod als of ik andere mensen net zoveel waard vind als mezelf en of ik denk dat je altijd de keuze hebt. Tot slot nog of ik liever al mijn geld zou verliezen of alle foto’s die ik heb gemaakt, en of ik liever over tien minuten te laat zou zijn of altijd twintig minuten te vroeg.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.