Onlangs had ik ruzie om een grens die overschreden werd. Het bracht me tot deze blog over mijn vier belangrijkste grenzen, en hoe belangrijk ik het vind elkaars grenzen te respecteren.
Effy Vanspranghe in [samen] spelen: spel en spelen autismevriendelijk aanpassen volgens sociale niveaus (Epo/Autisme Centraal, 2019) over het belang van ‘je alleen leren bezighouden’ voor mensen met autisme en hun omgeving, eerder dan steeds de nadruk leggen op ‘leren omgaan met anderen in veel situaties’.
Ik ben een morspot, maar ik ben me ervan bewust en probeer er iets aan te doen. Wat morsen en morsigheid te maken hebben met mijn leven, beschrijf ik in deze blog.
Nummer 74 in de reeks 1000 vragen aan jezelf met vragen als Waar wil je leven in de toekomst? Wat zou er gebeuren mocht je niets meer doen? Waar blijf je het liefst plakken? Wat zou je kunnen doen om een klein begin te maken in de richting waar je heen wil? Welk beroep zou je graag eens voor een week willen proberen? Wat is jouw meest dierbare plekje? Als je alle tijd van de wereld had, wat zou je dan zeker willen doen? Stel, je kijkt over 20 terug op deze blog, wat zou je dan zien? Van welke gebeurtenis zou je graag getuige zijn? Wat is volgens jou de meest zinloze vraag?
Over een jongen met autisme die aan een arts vertelt wat er gebeurd is ’s morgens vooraleer hij bij hem kwam. Vrij verteld en vertaald naar een fragment uit The Man Who van regisseur Peter Brook en Marie-Hélène Estienne (Bloomsbury, 2002)
Een overzicht van de 30 informatieve boeken van deskundigen over autisme verschenen tussen 2014 en 2017, op basis van beschikbaarheid in openbare bibliotheken in Vlaanderen en Nederland, met verwijzing naar recensie of leesverslag, metadata en auteurspagina’s.
Het magazine Vrij Nederland vroeg haar lezers onlangs te beschrijven wat zij verstonden onder ‘normaal’. Een selectie daarvan verscheen in het meest recente nummer. In dit stukje probeer ik hierop verder te borduren, en te verwoorden wat ik ervaar als normaal, en waarom ik zelf normaal doen en zijn slechts kan benaderen.
Elke vierde van de maand schrijf ik over een preoccupatie of passie. Ik begin met wat wellicht mijn grootste passie is: oplijsten of lijstjes maken van wat of wie dan ook. Meestal doe ik dat op ‘dode’ momenten, wanneer ik moet wachten. Of ik lees lijstjes van anderen, zoals ‘Last suppers served on Death Row’ in een Engels tijdschrift dat in de wachtkamer bij de huisarts lag.