‘Hoe moet het verder?’ … autisme en moeilijke vragen

Vroeg of laat, op een bepaald moment, komt de vraag hoe het verder moet. Ik vind dat een moeilijke vraag. Ik benijd mensen die daar meteen een antwoord op hebben, van ‘ik weet het niet’ tot ‘zo vind ik dat het verder moet’. Ik benijd ook mensen die meteen om meer informatie vragen met ‘hoe bedoel je?’, of die in geen tijd een pasklaar uitgebreid en concreet antwoord weten te verzinnen.
Zelf heb ik eerder de neiging om, telkens wanneer ik die vraag krijg, de vraag te herformuleren, naar ‘hoe kan het verder’, of, vaker nog, ‘hoe willen we verder?’. Hoe het verder moet, is volgens te veel gericht op het vinden van een specifieke oplossing. Hoe het verder kan, laat al iets meer ruimte voor mogelijkheden en alternatieven. Hoe we verder willen, is volgens mij beter omdat het meer gericht is op het vinden van een gezamenlijke oplossing. Of ik die gezamenlijke oplossing dan ook aanvaard, is een ander paar mouwen. Als ik het niet eens ben met wat het antwoord hoe we verder samen willen, kan het zijn dat er daarna geen ‘wij’ meer is, of geen ‘willen’. Dan is de vraag meteen opgelost. Dan is het antwoord ‘niet’. Dat probeer ik zoveel als mogelijk te vermijden, maar soms is het onvermijdelijk dat een ‘wij’ uiteenspat.
Ik vind de vraag ‘hoe het verder moet’, en alle andere afgeleide vragen, moeilijk omdat het vaak gaat over toekomstige plannen en doelen, in verschillende soorten relaties. Ik kijk zelf zelden verder vooruit dan een week, zo ver gaat niet toevallig ook mijn planning. Als ik veel verder kijk, wordt ik al een beetje misselijk. Ik sta er versteld van dat mensen al een agenda van 2024 hebben, of als ze mij vragen of binnen zes maand vrij ben om mee te werken aan een project dat binnen een jaar start. Terwijl ik niet eens zeker weet of ik er op dat moment nog zal zijn, laat staan dat ik zeker weet dat de aarde nog zal bestaan. Of het nu gaat om zakelijke relaties, vriendschappen, kennissen, familiale relaties, of partner – of liefdesrelaties, het blijft een uitdaging, vind ik, op te antwoorden op de vraag hoe het verder moet, kan, of hoe we verder willen.
Wat ik in zo’n geval probeer duidelijk te maken is dat ik op zo’n vraag niet zomaar, op korte tijd, een duidelijk antwoord kan geven, behalve dan ‘ik weet het niet’ of stilte.
Het kan zijn dat ik met stilte reageer op een moeilijke vraag als hoe het verder moet of kan. Ik reageer wel meer met stilte op vragen die ik krijg. Als ik tijd nodig heb om mijn gedachten te ordenen, als ik onzeker ben, als de vraag te complex is of de vraag gaat over iets waar ik helemaal niets van weet. Soms volgt ‘hoe bedoel je?’ op die stilte, en soms ‘ik weet het niet’.
Als ik kies voor ‘ik weet het niet’ is dat meestal omdat ik het op dat moment het best mogelijke antwoord vind. Er zijn immers situaties waarin ik niet zeker weet wat te antwoorden en ik het belangrijk vind om eerlijk te zijn over mijn onzekerheid. Ik vind het dan beter toe geven dat ik niet zeker weet hoe het verder moet in plaats van een overhaaste beslissing te nemen die later kan leiden tot spijt of negatieve gevolgen.
Ik antwoord ook ‘ik weet het niet’ als ik meer, duidelijker en concreter informatie wil of tijd wens om erover na te denken. Ik vind dat het niet nodig is om onmiddellijk een antwoord te geven, op geen enkele vraag maar zeker niet op deze, en dat ik meer tijd en concentratie nodig heb om tot een besluit te komen. Dat valt niet altijd in goede aarde, want mensen willen vaak heel snel schakelen, en daar is nu net niet mijn sterkste kant.
Verder vind ik het in zo’n geval belangrijk om realistisch te blijven over hoe het verder moet of kan of hoe we verder willen. Dat betekent dat ik de lat altijd iets lager leg om ruimte te laten voor toekomstige extra inspanningen. Ik probeer zo open mogelijk te zijn als ik denk dat iets niet zal lukken, door eerlijk te zijn over wat ik denk te kunnen bereiken en waar ik moeite mee heb. Ik vind het ook belangrijk voldoende tijd te nemen om op die vraag te antwoorden, en probeer me niet te laten opjagen of onder druk zetten om snel beslissingen te nemen. Dat hangt natuurlijk af over wat het precies gaat. Als mijn garagist stelt dat mijn auto echt niet langer op de openbare weg kan, voor mij een offerte opmaakt van een nieuwe auto, en me vraagt hoe het verder moet, heb ik veel minder tijd nodig dan wanneer iemand waarmee ik samenwerk aan mij vraagt hoe het verder moet met onze samenwerking.
Tot slot zijn er een aantal factoren die mijn uiteindelijke antwoord op de vraag hoe het verder moet of kan of hoe we verder willen bepalen. Vooreerst zijn dat mijn persoonlijke waarden en overtuigingen, wat ik belangrijk vind in mijn leven, zoals vrijheid, autonomie en zelfexpressie. Verder is dat de mate van flexibiliteit waarover ik op dat moment beschik, de mogelijkheid om mij aan te passen aan de nieuwe situatie. Ook elementen als zintuiglijke gevoeligheid, passende of botsende communicatiestijlen, in welke mate mijn interesses, intellectuele mogelijkheden en executieve functies al dan niet matchen en natuurlijk of ik ervaar dat ik me welkom voel in de nieuwe omgevingen en situaties.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.