1000 vragen aan jezelf, nummer 91 met vragen als welk dierbaarste bezit ik zou meenemen op een tocht rond de Poolcirkel, wat mij eind 2020 het gelukkigst heeft gemaakt, welk beeld ik heb van de liefde, welk meest beschamende moment ik begin 2021 vergeten wil zijn, wat ik vanavond gedaan wil hebben, mijn onhebbelijke karaktertrek die vooral ’s avonds de kop opsteekt, bepaalde angsten specifiek voor de wintervakantie en de mooiste herinnering uit de winterperiode.
Een (on)gewone (kerst) wens met een terugblik en impressie van gevoelens op dit moment.
In elk leven zijn er memorabele momenten, die zo’n indruk op je hebben gemaakt dat ze je bijblijven. Elke derde van de maand wil ik uit mijn leven zo’n memorabel moment beschrijven. Deze keer kies ik de ‘een minuut stilte’-momenten.
Straks is het Pasen. De Paashaas komt. Of het paaskonijn, de paasolifant, het paaspantoffeldier … Maar, alle gekheid op een stokje, voor mij is de kern van dit P/paasfeest de V/verrijzenis. In dit stukje geen theologie maar, naar aanleiding van artikels in de krant, stilstaan bij wie ik graag zou willen herrezen zien.
Het is onvermijdelijk dat niet iedereen mee is met wie we zelf aan het worden zijn, wat we doen, hoe onze gedachten en gevoelens evolueren. Ook wij zijn niet volledig mee met hoe anderen evolueren. Blog over wat er gebeurt als je niet meer bent wie je verondersteld was te zijn.
‘Stel dat ik een schilderij voor je zou willen/mogen maken, zou je dan speciale wensen hebben? Zou er iets of iemand moeten opstaan, heb je voorkeur voor een stijl of school, natuur of samenleving, een portret van mens of dier, van jezelf of iemand bijzonder?’ – het is een vraag die ik niet elke dag krijg, maar toch de moeite om er eens over na te denken en in deze blog er iets proberen over te schrijven.
Wellicht omdat het bestaan van een fotografisch geheugen niet erg wetenschappelijk onderbouwd is, ben ik geneigd mijn gave met het begrip ‘hypermnesie’ te beschrijven. Het is iets waar ik tot op heden slechts terloops melding van heb gemaakt, gewoon omdat het een bescheiden rol in mijn leven speelt. Het is een kunstje, zoals een ander leuk kan jongleren of schilderen. Ik ben geen wonderkind, maar ik kon makkelijk leren. Het was gewoon heel handig. Bij het mondeling examen Nederlands, toen ik vooral magisch-realistische romans op mijn boekenlijst had gezet, kreeg… Read more ‘Vergeleken met Raymond Babbitt was ik een kleuter’ →