Citaat van autistische vrouw Martine Mussies in NRC van 30 juni 2022 op een interview van Theo Bakker in dezelfde krant van 8 juni 2022 naar aanleiding van diens onderzoek over studeren met autisme
Citaat van Ellen C., studente orthopedagogie, in ‘Zelfvertrouwen krijgt een boost’ in De Zondag, 5 juni 2022
Is (tekort aan of verminderde) empathie bij mensen met autisme de crux en de kern van hun autisme of is het alleen een persoonlijkheidstrek die lang niet bij alle autisten (en ook bij anderen, zonder autisme) voorkomt? Naar aanleiding van een artikel in Autism van de National Autistic Society rond autisme en empathie probeer ik dat in deze blog uiteen te zetten, vanuit mijn eigen (lees)ervaringen en aanvoelen.
Inge Lemke in ‘Autisme is een isme: Essays over autisme’ (Gompel & Svacina, 2018) over het autistische brein als een extreem gevoelig brein in een permanente overlevingsmodus.
Fragment van Melanie Yergeau in ‘Authoring autism: on rhetoric and neurological queerness’ (Duke University Press, 2018) over de evolutie van bewustzijn rond autisme in het begin van de eenentwintigste eeuw en discriminatie binnen de autismegemeenschap zelf.
Citaat uit het artikel “Gender stereotypes have made us horrible at recognizing autism in women and girls” van 12 oktober 2016 (geciteerd door de uitgever Jessica Kingsley Publishers en oorspronkelijk verschenen op QZ.com).
Daniël Tammet in De wijde lucht omvatten: een verkenning van de grenzen van het brein (Uitgeverij Epo, 2009) (uitgeput, verkrijgbaar in sommige bibliotheken), beschrijft het volgens hem wrede stereotype over de ‘gemiddelde’ autist, en de reden waarom dit stereotype voortleeft.
De Nederlandse film – en televisiedeskundige Anne Van de Beek heeft een Master gevolgd aan de Universiteit van Utrecht. Ze maakte haar scriptie over De representatie en stereotypering van autisme in films van 1988 tot 2010. We hadden een gesprek in Utrecht. Dit stuk is daarvan een neerslag.
Anne Van de Beek analyseerde de vier belangrijkste films met het thema autisme van de afgelopen twintig jaar. Ze onderzoekt hoe we film als taal gebruiken om gedachten en gevoelens over te brengen. . Vier films die iets kunnen zeggen over de beeldvorming van autisme zijn volgens haar Rain Man, What’s Eating Gilbert Grape, Mercury Rising en Mozart and the Whale.
In Rain Man ziet het publiek voor het eerst in publiek de verbeelding van een autist, en wordt autisme gekoppeld aan het hebben van een bepaald intelligentieprofiel. Savantisme en kledij worden geïntroduceerd als stereotypes van toepassing op Raymond. Charlie daarentegen is zijn normale broer, in functie van het stereotype ‘othering’ (tegenover elkaar uitvergroten van het anders-zijn). Rain Man is een spiegel van wat op dat moment de meest gangbare opvatting was over autisme.
What’s eating gilbert grape is een buitenbeentje in de gekozen films. Hier wordt de autist als een zwakbegaafde met echolalie op het scherm gebracht en in de rol van het onschuldige gehandicapte kind.
Mercury Rising, de derde keuze, lijkt dan weer een stap terug te zetten naar Rain Man. Hier komt autisme naar voor als het extreme anders-zijn: buitenaards wezen, robot en computer. Ook het stereotype ‘overcoming’ of het overwinnen of verbergen van je handciap komt naar voor. Simon is de verbeelding van een Supercrip, omdat hij zijn intelligentie kan inzetten om zichzelf te redden, maar is ook een onschuldig gehandicapt kind van op de posters.
In de laatste film, Mozart and the Whale, tonen mensen zich volgens Van de Beeck zoals ze zich voelen. Het is de film die volgens haar het meest ingaat tegen het stereotypisch beeld. Toch is er wel sprake van cijferobsessie, kleding en hysterie.
Een meer genuanceerd beeld vinden we toch vooral bij kleinere Europese films. Zoals Ben X, die in onze streken wel relatief bekend zijn, maar elders veel minder. Ook Ben X toont dat de bekendheid van autisme wel beter is maar dat mensen met autisme nog steeds eenzaam en uitgesloten zijn.
Bovendien blijkt autisme steeds weer een stoornis van fascinatie. Voorbeelden daarvan zijn de artikelen waarin van televisiepersonages wordt gezegd dat ze autisme hebben en kijkers die dit beamen, vanuit de zoektocht naar rolmodellen. Deze beeldvorming is echter anders dan bij films.
Wat is dan een correcte weergave? Zo eenvoudig ligt het niet. Kijkers naar een film mogen dat personage vooral niet veralgemenen. Kwaliteiten en beperkingen moeten in een personage wel duidelijk in de ver gezet worden. Een voorbeeld van goede beeldvorming is volgens Van de Beek de Australische animatieprent Mary and Max. Maar in zijn genre is Ben X ook correct qua beeldvorming en zelfs Rain Man geeft een eerlijk beeld van wat autisme kan zijn.