1000 vragen aan jezelf, nummer 93 met vragen als wat gebeurt er als je diep in iemands ogen kijkt, welke kaassoort zou je zijn, hoe voel jij je als je geconfronteerd wordt met verandering, hoe is het om mij te zijn, of ik terug of eerder vooruit kijk, of ik eerlijk antwoord durf geven of weleens bang ben voor de reactie van de vraagsteller, wat de engste plekken in deze wereld zijn volgens mij, of ik al eens ben gecatfished, wat ik mensen heb gewenst voor 2021, en wat ik zou invullen in de zin ‘morgen ga ik het helemaal anders aanpakken, want …’
Als het gaat om goede voornemens, zijn er zoveel benaderingen als er mensen zijn. Ook ik heb mijn goede voornemens, maar misschien zou ik die van vorige jaren beter eens lezen, en volgen. In deze blog zet ik ze op een rijtje, naast andere voornemens in mijn omgeving. Misschien inspireert het jullie ook tot een eigen voornemen (of net niet).
Erik Jan Harmens, Nederlandse schrijver & dichter met autisme, in de Nederlandse krant Het Parool van 19 november 2020 over hoe er met zijn diagnose autisme alles maar ook niets veranderd is.
Een paar weken geleden ben ik veranderd van routine: in plaats van roddelbladen te lezen, las ik elke middag na de maaltijd, een stuk uit de Dikke van Dale, het groot woordenboek van de Nederlandse taal. Daarin ontdekte ik wat de Dikke schreef over autisme. In deze blog ga ik daarop in en vraag ik me af waarom dat niemand daar een probleem mee heeft.
Sinds het begin van de lock-down/up is er verandering merkbaar. Niet alleen merk ik nieuwe routines bij mezelf, die ik als een verbetering ervaar, maar ook bij andere mensen merk ik een toenemende onderlinge steun en creativiteit om het leven zo aangenaam mogelijk te maken. Daarnaast zijn er ook de kleine gelukjes die het leven mooier maken. In deze blog ga ik daar op in.
Leesverslag van ‘Autisme in het gezin het gezin als hefboom voor verandering’ van Wilfried Peeters bij Uitgeverij Garant (2019)
Fragment uit het lezenswaardige (engelstalige) boekje van C.G. Meloy & Zachary Pullen in Life & Spectrum uit 2013 met een aantal strategieën rond leven met autisme, waarvan de drie algemene (basis) strategieën in dit fragment worden uiteengezet.
Met het nieuwe jaar komt er ook een stroom nieuwe vragen binnen in mijn mailbox. Jonathan, man (25) met autisme, heeft het moeilijk als mensen hem zeggen dat hij te weinig aanpassingsvermogen heeft. Hij voelt dat aan als een verwijt, maar vraagt zich tegelijk ook af wat dat eigenlijk betekent, wat mensen in het algemeen ermee bedoelen als ze zoiets zeggen. Wat zou ik daar bijvoorbeeld onder verstaan, vraagt hij me. En is daar iets aan te verhelpen? In deze blog een poging om daar iets zinnigs over te zeggen.