Alles komt terug, ook de hitte, al komt ze nu wel heel sterk. Iedereen reageert er anders op, maar nogal wat mensen met autisme krijgen het moeilijk. In deze blog probeer ik een overzicht te maken van de verschillende reacties, en hoe ik er zelf mee probeer om te gaan.
Een leesverslag van het boek ‘Etiketjes’ van Ann Ceurvels, uitgegeven bij Houtekiet (2018)
Wat voor mens bent u eigenlijk? Het komt wel eens voor dat lezers die vraag mailen. Niettegenstaande mijn hele blog gewijd is aan die vraag, kan ik daar niet op antwoorden. Voor mij lijkt het vanzelfsprekend dat je zelf niet kan zeggen wie je bent, hoogstens wie je was (voor zover je herinnering je niet voor schut zet) en mogelijks wie je graag zou zijn (voor zover je verbeelding niet met je voeten speelt). Toch probeerde ik, met hulp van het Nederlandse marktonderzoeksbureau Motivaction een tipje van de sluier op te lichten. Zij wisten mij te zeggen tot welke groep in de samenleving ik behoorde. En dat was een heel andere groep dan ik voorheen dacht.
Sinds 25 februari van vorig jaar werk ik aan een nieuwe serie, de 1000 vragen aan jezelf. In deze blog leest u een overzicht van de eerste 200 vragen. Telkens probeer ik, trouw aan het concept van Tistje, de vragen ruimer te kaderen, en verder te gaan dan het anekdotische. Van met wie ik het best kan opschieten tot op welke leeftijd ik in Sinterklaas geloofde, van welke (super)kracht ik graag zou hebben tot wat ik waardeer in mijn/een partner/levensgezel, van hoe onafhankelijk ik in het leven sta tot of ik gevoelig ben voor kritiek. Over het leven, lijden en lust dus. Zonder dat daarbij autisme op expliciete wijze ter sprake komt, maar uiteraard erdoor beïnvloed, in het ene al meer dan in het andere, soms helemaal niet en soms al te nadrukkelijk.
In mijn mailbox ontving ik vandaag een mailtje van Mario (34). De zus van Mario heeft een kindje met autisme, en daarnaast komt Mario ook in contact met kinderen met autisme in de lagere school waar hij les geeft. Mario wijst me op een artikel in De Volkskrant Magazine over (onterechte) labeling en geveinsde psychische aandoeningen in Nederland en vraagt me wat ik ervan denk. In dit artikel probeer ik een kritische maar genuanceerde analyse te maken vanuit perspectief als mens en persoon met autisme. Daarin onder andere een oproep tot meer concrete sensibilisatie van sensatiejournalisten.
Een monoloog van een autismecriticus – opgebouwd uit enkele reacties van mensen op mijn blog en getuigenissen, en gesprekken met mensen uit mijn omgeving, die het autisme en wat ik doe relativeren.
Nummer twintig in de reeks van 1000 vragen aan jezelf-blogs. Of ik vaak initiatief neem. Aan welk huisdier ik goede herinneringen heb. Of er genoeg op mijn spaarrekening staat. Of ik altijd blijf wonen waar ik nu woon. Of ik gevoelig ben voor kritiek. Of ik bang ben voor iemand die ik ken. Of ik vaak tijd voor mezelf neem. Waar ik het laatst een slappe lach om had. Of ik tien minuten over iets zou kunnen improviseren waar ik voorheen nog niet over gepraat heb. En als er drie beeldschone, naakte vrouwen voor me zouden staan, welke van de drie zou ik dan kiezen en wat heeft dit volgens mij met economie te maken.
Citaat van juriste en disability-activiste Harriet McBryde Johnson uit ‘Too late to die young’ (Picador, 2005) over de neiging van mensen om mensen met een handicap terug te dringen in enkele starre verhaalvormen, en hoe deze vrouw met een handicap daar op reageerde door te volharden in de actieve ‘ik’.