‘Wie zijn jouw favoriete mensen?’ … autisme en moeilijke vragen

In de wirwar van menselijke relaties en emoties is er een vraag die ik vaak moeilijk vind om te beantwoorden. Het zijn soms vragen die zo eenvoudig zijn in hun structuur, maar een doolhof openen van introspectie en zelfreflectie. Sommige van die vragen vind ik haast onmogelijk om te beantwoorden. Het zou voor de hand liggen dat ik ze ontwijk, dat ik er eerlijk op antwoord dat ik er geen antwoord op weet, dat ik niet antwoord op domme vragen of dat het me niet interesseert ze te beantwoorden. Toch voel ik het aan als een soort falen en in zekere zin ook als onbeleefd zijn als ik het toch minstens niet geprobeerd heb om een antwoord te verzinnen. Ook al is het misschien even onzinnig als de vraag.
Het is eenvoudiger voor mij om te beginnen met de vraag wat een favoriet mens voor mij betekent. Het verwijst voor mij naar een of meerdere mensen die een speciale plaats hebben in mijn (figuurlijk) hart, en die ik in het bijzonder waardeer, respecteer of graag zie zoals ze zijn. Ik heb de indruk dat veel mensen hun favorieten vinden binnen de familie – of vriendenkring, bij romantische partners, mentors, idolen, collega’s of andere mensen in hun leven met wie ze een sterke band hebben ontwikkeld of die een belangrijk rol in hun (dagelijks) leven hebben.
Dan nog vind ik het moeilijk om de grens te leggen vanaf welk moment iemand een favoriet mens wordt. Om maar meteen het cliché te ontkrachten: het is niet zo dat autistische mensen zichzelf vanzelfsprekend als hun favoriete mens ervaren. Of minstens, ik zou mezelf zo niet zien. Mijn liefste, dat is alvast een favoriete mens, maar meer dan dat natuurlijk. Ook mijn ouders, schoonouders en broer en schoonzus zijn misschien niet steeds mijn favoriet, maar ze komen gemiddeld toch dicht in de buurt. En dan zijn er ook belangrijke mensen in mijn mijn netwerk van professionele hulpverleners. Een sociaal netwerk heb ik niet, dus daar kan ik moeilijk favoriete mensen in zoeken (of vinden). Tenzij ik kennissen, verre bekenden, ooit ontmoette mensen enzomeer erbij zou moeten rekenen. Ook van online contacten weet ik niet meteen of ik ze tot mijn favorieten kan rekenen.
Ik zou favoriete mensen ook kunnen zien als mensen die ik het meest waardeer en die een positieve impact hebben gehad op mijn leven op welke manier dan ook. In die zin kunnen ook rolmodellen, zoals acteurs of actrices, bekende personen, lievelingsschrijvers, sporters of denkers, … tot mijn favorieten kunnen behoren. Maar ook daar heb ik niet meteen iemand die er zodanig uitspringt dat ik die mijn favoriet zou noemen. Waar ik eerder wel op zou kunnen antwoorden is wie absoluut niet mijn favoriete mens is. Het cliché wil dat die mens, dat antwoord, steeds opnieuw gekozen wordt als deze vraag aan autistische mensen wordt gesteld, en ze doodeerlijk antwoorden, blind voor de valkuil van het onrechtvaardig hoongelach dat daarop volgt door de familie, ‘ik ben mijn favoriete mens’. Nee, mijn favoriete mens ben ik alvast niet, maar verder komt iedereen in aanmerking. Ook u dus, ook u! Misschien zelfs bij uitstek u! U leest, of geeft mij het gevoel gelezen te worden, en wat wil een blogger meer dan dat gevoel te krijgen? Daarom bent u mijn favoriete mens! Proficiat!