Waarom je beter niet vraagt “waarom” ik iets (niet) deed … autisme en communicatie

Er zijn niet veel vragen waar ik geen antwoord op geef, maar er zijn er toch twee die me bijzonder irriteren: “Je weet toch dat …?” en de gevreesde “waarom”. Hoewel ik begrijp dat mensen nieuwsgierig zijn, vind ik “waarom”-vragen vaak frustrerend in plaats van behulpzaam. Ze zetten me in een positie waarin ik iets moet uitleggen dat voor mij niet altijd logisch te verwoorden is. Bovendien geven ze me het gevoel dat ik me moet verantwoorden, alsof er iets mis is met mij.

De waarom-vraag ontleed

De “waarom-vraag” is een vraag die naar de oorzaak, reden of motief van iets zoekt, om dieper inzicht te krijgen in de logische en temporele verbanden tussen verschillende elementen van een verhaal of uitleg. Een waarom-vraag is bedoeld om discussie, verduidelijking en uitleg te stimuleren. Door deze vraag te stellen, nodigen sprekers elkaar uit om meer informatie te geven, wat leidt tot een dieper begrip en een rijkere interactie. Meestal voelen die sprekers dan de context aan en wanneer te beginnen en te stoppen. Ik zie dat meestal niet zo helder en probeer vooral duidelijk, uitvoerig en uitgebreid te antwoorden. Volgens anderen leidt dat dan tot een oeverloze discussie die verveling zaait.

De diversiteit binnen autisme

Het is een misvatting om te denken dat alle autistische mensen moeite hebben met de “waarom”-vraag om dezelfde redenen. De redenen waarom sommige autistische mensen deze vraag lastig vinden, kunnen sterk variëren. Sommigen kunnen er beter mee omgaan dan anderen. Voor mij vereist het beantwoorden van een “waarom”-vraag vaak veel nadenken en tijd, omdat ik mijn gedachten op een rijtje moet zetten. Veel van wat ik doe, bereid ik voor, maar ik sta zelden stil bij het waarom. Misschien denk ik er vaker over na dan sommige andere mensen, maar niet voortdurend. Ik vraag me wel eens tijdens het zoeken naar yoghurt af waarom ik precies koos voor merk A en niet merk B, maar ik kom er meestal niet uit.

Misverstanden en druk

Als ik het dan toch uitleg, krijg ik vaak te horen dat mijn antwoord een drogreden of een leugen is, gevolgd door de vraag om een eerlijk en serieus antwoord. “Waarom”-vragen vind ik bovendien stressvol omdat ze bij mij een gevoel van verantwoording oproepen. Het voelt alsof ik iets verkeerd heb gedaan of alsof er iets mis is met mij. Soms heb ik het gevoel dat ik onder druk sta om een sociaal wenselijk of volgens de ander logisch antwoord te geven. Dat kan leiden tot angstzweet of paniek, omdat ik zelden weet wat het “correcte” antwoord is, ook al wordt er beweerd dat er geen “foute” antwoorden zijn.

Concrete vragen werken beter

Ik heb liever dat je, als je mij een vraag stelt, directer bent in je vragen en het “waarom” vermijdt. In plaats van “Waarom ben je boos?” kun je bijvoorbeeld zeggen: “Ik zie dat je boos bent, wat maakt je op dit moment boos?” Dit komt, voor mij tenminste, minder aanvallend over. Ook is het fijn als je me bedenktijd geeft en niet meteen aanneemt dat ik lieg of een smoes verzin als ik tijd nodig heb om na te denken. Ik hoef je er dan niet op te wijzen dat ik nauwelijks aan je kan tippen als het op liegen aankomt.

Praktische tips voor betere communicatie

  • Wees specifiek: Stel directe vragen zoals “Wat gebeurde er dat je boos maakte?” in plaats van “Waarom ben je boos?”.
  • Geef bedenktijd: Sta me toe om na te denken over mijn antwoord zonder druk of oordeel. Bijvoorbeeld, “Neem je tijd om na te denken, ik luister graag naar je antwoord.”
  • Respecteer verschillen: Begrijp dat elke autistische persoon anders is en pas je communicatie daarop aan. Vraag bijvoorbeeld: “Is er een manier waarop ik deze vraag beter kan stellen?”
  • Gebruik observaties: Formuleer je vragen op basis van wat je observeert. In plaats van te vragen “Waarom deed je dat?”, kun je zeggen: “Ik zag dat je X deed, kun je me vertellen wat je daarbij dacht?”
  • Bied geruststelling: Laat me weten dat het oké is om tijd te nemen. Zeg bijvoorbeeld: “Het is niet erg als je niet meteen een antwoord hebt.”

De weg naar betere communicatie

Het is geen ramp als je aan iemand met autisme een “waarom”-vraag stelt, maar de kans is groter dat je een onverwacht of onbevredigend antwoord krijgt. Jouw communicatie met mij kan verbeteren door concretere vragen te stellen; als je tenminste graag goede antwoorden wilt ontvangen. Als je liever in je eigen taal blijft spreken, is dat prima, maar wees dan ook bereid mijn antwoorden te accepteren en af en toe wrijvingen in onze communicatie te begrijpen. Goede communicatie vereist empathie en flexibiliteit, wat uiteindelijk leidt tot betere en meer betekenisvolle verbindingen.

Door dit te begrijpen en toe te passen, werken we samen aan een inclusievere en begripvollere samenleving, waarin iedereen zich gehoord en gerespecteerd voelt.