‘Gedraag je naar je leeftijd !’ … autisme en leeftijd

Al zolang ik me herinner, heb ik te horen gekregen dat ik me niet naar mijn leeftijd gedraag. Wat mij fascineert is dat zoiets vaak het voorspel is tot tal van adviezen over savoir-faire en etiquette, over hoe een mens in het leven hoort te staan, en over hoe ik wel of niet ben. Telkens lijk ik me anders te gedragen dan ik ben volgens de persoon die mij advies geeft. Of ik gedraag me ouder of veel jonger dan mijn leeftijd, er lijkt geen rode draad te lopen in de perceptie van mijn leeftijd.
Heel erg is dat niet, ik heb ook niet zoveel voeling met het getal van mijn kalenderleeftijd. Voor alle duidelijkheid: ik ben niet van plan voor de rechtbank mijn leeftijd aan te vechten, zoals de Nederlander Emile Ratelband. Dat mijn administratieve of biologische leeftijd mijn ervaren leeftijd, of mijn ‘beleefde-tijd’, niet weerspiegelt, vind ik geen struikelblok. Ik vind het ook niet erg dat bedrijven mij af en toe eraan herinneren dat ik van doelgroep wissel. Evenmin zal je mij horen klagen over ouderdomskwaaltjes die een na een opduiken.
Het is bijlange niet zeldzaam dat mensen zich niet verbonden voelen met of zich gedragen volgens hun leeftijd. Zo zijn er jongeren die zich al oud voordoen van zodra ze kunnen, en ouderen die er tot op hoge leeftijd geen graten in zien om tien tot dertig jaar jonger te lijken. Bij mij lijkt het allemaal wat door elkaar te lopen. Ik kleed mij en doe mij voor volgens verschillende leeftijden, zonder dat ik daar me bewust van ben. Als ik dan het advies krijg om me ‘jonger’ te kleden, of net ‘ouder’, vind ik moeilijk te interpreteren.
Al heel wat jaren ben ik, door medische kwalen los van autisme, lichamelijk ouder dan mijn kalender zou doen verwachten. Onder andere daardoor ben ik wat trager in bewegingen en reactie. Ook in houding tegenover anderen neem ik wat meer afstand, letterlijk en figuurlijk.
Sommige mensen interpreteren dat als ‘ingetogen’ of zelfs ‘formeel’ gedrag. Anderen zien ‘een oude ziel’ in mij, omdat ik me zou gedragen als iemand die vijf tot tien jaar ouder is. Terwijl ik me in een bepaald opzicht steeds jonger voel. Sommige mensen lijken dat dan weer op te pikken, want als ze mij voor het eerst ontmoeten, krijg ik wel eens te horen dat ik ‘een jongetje’, een jeugdige kracht of student aan het begin van mijn studies ben, op ‘snuffelstage’ of nog groen achter de oren.
Het is dan moeilijk de ander ervan te vergewissen dat ik echt wel de kennis, de vaardigheden of de ervaring heb die ik zeg te hebben. Sommige mensen ontwaren in mij een ontwapenende onschuld en een jonge, frisse geest, die zou aangeven dat ik nog maar pas in het leven sta. Ook als ik mijn bus – of treinticket aanbiedt, vraagt de conducteur me vaak waarom ik geen studentenformule kies, of een virtuele rittenkaart voor jongvolwassenen onder de 30.
Het intrigeert me dat ik ondanks mijn consequent handelen zulke tegengestelde reacties kan uitlokken. Ik ben er zeker van dat autisme hier minstens voor een deel een rol in speelt en merk ook dat anderen autistische mensen zich in deze ervaringen herkennen. Dat gaat trouwens verder dan mijn leeftijd. Zowel als mensen mijn stem horen, mijn bewegingen beschouwen of mijn houding interpreteren, koppelen ze daar telkens een andere persoon aan. Dat
De rode draad in al deze interpretaties is dat mensen mijn autistische verschillen steeds proberen te relateren aan veelvoorkomende acties van ‘niet-autistische’ mensen. Door de verschillende manier van hersenwerking, en dus anders handelen en presentatie, loopt die vergelijking meestal verkeerd. Mijn acties en presentatie wordt immers vergeleken met mensen die steeds in een ander leeftijdscategorie vallen en weinig verband houden met hoe ik ben.
Omdat er heel weinig NT-referentiepunten zijn (aangezien de verschillende neurologie van NT-mensen betekent dat ze anders handelen en presenteren dan ik), worden mijn acties en presentaties vaak vergeleken met die van mensen die buiten mijn leeftijdscategorie vallen – degenen die vatbaar zijn voor soortgelijke bewegingen, zij het om heel verschillende en vaak leeftijdsgebonden redenen die niet van toepassing zijn mij als autist.
Zowel als mensen mijn stem horen, mijn bewegingen beschouwen of mijn houding interpreteren, koppelen ze daar telkens een andere persoon aan. Zeker als mensen mij ofwel enkel kennen van de telefoon, van op het internet of alleen van zien, kan dat tot ongemakkelijke situaties leiden. Dat lokt in het beste geval grappige opmerkingen uit maar vaak ook uitspraken als ‘we hadden iemand anders verwacht’, of ‘je bent niet wie bent’. Soms erger ik me daar aan, maar ik besef dat dit verloren energie is, en onlosmakelijk is verbonden met mijn atypische ontwikkeling, de verschillende manier van ontwikkeling van verschillende aspecten (sociaal, emotioneel, cognitief) en dat ik het niet te persoonlijk mag opvatten.
Dat betekent neurotypisch, d.w.z. mensen die geen autisme hebben :).
LikeLike
Goede zondagmorgen Tistje,
Met veel plezier en inlevingsvermogen lees ik jouw blogs/belevenissen.
Vraagje: wat zijn NT-mensen?
Groeten van een medeTist.
LikeLike