Alle katten hebben Asperger
Af en toe kom ik ze wel ergens tegen, die mensen die steevast in hokjes steken. Zo van ‘mannen komen van Mars’ en ‘vrouwen komen van Venus’.
Een mengelmoes van planeten-mens …
Hou op, roep ik dan meestal. Als ik me überhaupt al met een planeet zou willen associëren, zou ik me niet onder één noemer laten vangen.
Als mensen het na dit antwoord dan nog écht willen weten, vertel ik hen meestal dat ik voor 51,5% van Aarde kom, voor 20% van Pluto, voor 15% van een of ander zwart gat, voor 9,98% van Saturnus, voor 2,65% van Mars en voor 6,17% van Venus. Dat komt al dicht bij de werkelijkheid.
… maar vooral een poezenmens
Waar ik me dan wel weer mee associeer is met poezen. Er is, zoals mijn psychiater soms zegt, ‘een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid’ dat ik een poezenmens ben. Niet dat ik zoveel krab, blaas, lik, bijt, brokken en vreselijke gelei moet eten, maar mijn haren komen behoorlijk vaak recht, ik snoezel graag en ik vlucht bij vreemd volk onder de bank.
Het is dan ook met plezier dat ik het boekje Alle katten hebben Asperger heb gelezen. Waarmee natuurlijk niet gezegd is dat alle ‘poezenmensen’ Asperger hebben. Maar evenmin alle katten !
Een verontwaardigde Britse korthaar
De kat van mijn vriendin, onze pittige Britse korthaar, protesteert immers hevig als ik haar vandaag het boekje voorleg. Ze mort misnoegd, gaapt even al haar tanden bloot en strekt haar geklauwde poot naar mij uit. Terwijl ze meestal wel lief is. Maar nu dus niet.
Ik heb helemaal geen Asperger, het zijn anderen die niet weten hoe ze op een behoorlijke manier moeten leven en omgaan met mijn talent, mort ze misnoegd als ik haar het boekje van Kathy Hoopmann voorleg. Die bijtgrage hond van beneden ga je toch ook niet dat boekje ‘Alle honden hebben ADHD’ voorleggen ? Neem alvast maar je verbandkist mee.
Een dun boekje voor wie tussen 8 & 14 is (of zich zo voelt)
Een dun boekje, zeventig bladzijden, dat ik in de plaatselijke openbare jeugdbibliotheek vind. Ik herken het van de regio-avonden van de Vlaamse ouder – en familievereniging waar het af en toe opduikt.
Het staat bij de afdeling 8 tot 14-jarigen, onder het roze label ‘Ziek/Gezond’. Helemaal voor de doelgroep van mijn blog, denk ik meteen als ik het zie staan. En ik voel me meteen weer jong.
Een voorwoord over wat A-mensen nodig hebben
In het voorwoord van mevrouw Hoopman staat weliswaar een minder vanzelfsprekend uitleg, wellicht voor de ouders bedoeld, over wat het syndroom van Asperger is, welke beperkingen & welke talenten het met zich meebrengt, en wat deze kinderen nodig hebben.
“Hun oog voor detail, hun vasthoudendheid en soms geniale ideeën kan hen ook ver brengen. (…) Wel hebben ze mensen nodig die in hen geloven, die hen helpen bij het krijgen van zelfvertrouwen en op wie ze kunnen bouwen”. Dat geldt uiteraard niet alleen voor kinderen uit die regio van het autismespectrum.
Prachtige foto’s en pakkende zinnen
De volgende zeventig bladzijden is het gelukkig meer genieten. Wat mij bij betreft eerst en vooral van de prachtige foto’s die elke liefhebber van kittens zal vertederen.
Daarnaast zijn er ook de soms informatieve, soms grappige, soms rake uitspraken die net niet te moeilijk zijn, zonder jargon. Het zijn uitspraken die eigenlijk ook wel voor autisme met een gemiddelde -, hogere en hoog-begaafdheid opgaan. Dat de auteur zich hier beperkt tot Asperger vind ik op zich wel een minpunt.
Wat het boekje daarnaast ook bijzonder maakt, is niet alleen dat de foto’s sprekend zijn. Af en toe worden de kitten als het ware uitspraken van iemand met autisme in de mond gelegd.
Ook voor wie al wat langer jong is
Behalve voor kinderen, vind ik Alle katten hebben Asperger natuurlijk ook geschikt voor mensen die al wat langer jong zijn.
In dit boek staat immers in heldere bewoording wat deze vorm van autisme betekent. Hieronder heb ik geprobeerd het op mijn manier verder te vertellen, met enkele persoonlijke aanvullingen. In het boek staat het natuurlijk veel mooier.
Een andere denkwijze
Volgens Kathy Hoopmans boek bekijken mensen met autisme (katten met asperger dus) de wereld op een eigen, unieke manier.
Hun denkwijze is om te beginnen vaak anders dan die van hun leeftijdsgenoten.
Dat uit zich in denken maar ook in doen. Zo doen ze al eens vreemde dingen, tijdens of met hun eten. Ze vinden soms oplossingen waar anderen niet opkomen. Of ze vinden nieuwe manieren om bepaalde dingen te doen. In het boek staat het voorbeeld van een kitten die zijn pootjes onder de kraan stopt om die vervelende haarballen te krijgen bij het wassen.
Om hun nieuwste theorieën te testen gaan ze heel ver. Zo staat er in het boek een foto van een kat die vlak naast een hakbijl op een houtblok blijft zitten, met daarnaast de tekst ‘ik heb de hoek en de snelheid berekend en wist dat hij me niet zou raken’. Ze nemen dus ook al eens initiatieven zonder de context altijd juist in te schatten. Waardoor ze sneller dan anderen hun spreekwoordelijke negen levens verbruiken.
Knuffels & dieren om troost & steun bij te vinden
Hoe ze omgaan met emoties komt aan bod. Zo houden ze van hun dierbaren maar willen niet altijd door hen worden aangeraakt of vastgehouden. Ze zoeken net als anderen troost en steun maar niet altijd mensen, eerder bij een knuffel (als kind vooral, maar ook als volwassene kan ‘t) of bij een (huis) dier.
Een strakke muts, een stinkende vuilnisbak en blootsvoets in de sneeuw
In sommige situaties spelen de zintuigen al eens parten. Mensen met autisme hebben vaak een overgevoelig gehoor en kunnen schrikken van harde geluiden of onverwachte bewegingen. Ook andere zintuigen raken overprikkeld. Zoals de tast (een te strakke muts). En de reuk (een stinkende vuilnisbak die ergert). Andere zintuigen kunnen dan weer ondervoelig zijn. Blootsvoets door de sneeuw of over een koude ondergrond lopen vormt soms geen probleem.
Eetproblemen zijn hen evenmin vreemd. Ze werpen zich volledig op de kookpot. Of ze willen alleen maar hetzelfde voorgeschoteld krijgen. Een eenzijdig dieet, bijvoorbeeld alleen maar melkproducten.
Er niet bij horen en de reacties
Soms hebben ze totaal geen interesse voor dingen die leeftijdsgenoten doen en zijn ze hangmat- of zetelmens. Als ze dan toch meedoen met een groep, voelen ze zich vaak verloren, gluren vanuit een beschermende plek. Anderen hebben (meer) vriendjes en vriendinnetjes maar vragen bijna nooit om mee te spelen en pesten hen.
Verdriet is er daarom aan weerszijden.
Ouders doet het verdriet dat ze hun eigen kind niet begrijpen, daarom kunnen ze erg beschermend zijn. Dat is de manier van ouders om met verdriet om te gaan. Soms denken mensen in de omgeving ook dat het gewoon allemaal aan de opvoeding ligt. Dat brengt nog meer verdriet.
Maar kinderen of mensen met autisme voelen ook soms verdriet. Als ze eenzaam worden, of het wordt teveel, trekken ze zich terug in hun eigen veilige wereld, waar ze zich urenlang kunnen bezighouden met iets wat fascineert en wat ze steeds opnieuw kunnen doen zonder verveeld te raken. Of ze krijgen een woede-aanval als het te veel wordt.
De ene muis is de andere niet … dat is ook zo bij poezen
Een stukje gaat ook in op de taalvaardigheid die sommige mensen met Asperger aan de dag leggen. Sommigen hebben immers een uitgebreide woordenschat.
Maar ze nemen taal ook heel letterlijk. In het boekje wordt dat mooi uitgebeeld door een kitten die een computermuis heeft gevonden en besnuffelt en vind dat het er helemaal niet uit ziet als een muis.
Of ze begrijpen niet wat er bedoeld wordt met uitdrukkingen (‘een kat in een zak’). Soms bekijken ze degene die tegen hen praat niet. Dan lijkt het of ze niet luisteren, maar veelal is het niet andersom.
Als ze gek zijn van een bepaald onderwerp of het niet voldoende begrijpen, blijven ze maar doorgaan over een en hetzelfde onderwerp. Zo is een kat van muizen en blijft ze die in detail beschrijven. En mensen met autisme hebben niet door anderen hierdoor soms verveeld raken.
Ze kunnen opeens met een onverwachte opmerking uit de hoek komen waardoor iedereen zich verwondert over hun pienterheid en intelligentie. Die dan weer afgewisseld wordt met handelingen of uitspraken die hiermee fel contrasteren.
Drie keer per dag een tukje, na elke maaltijd
Mensen met autisme houden graag vast aan dagelijkse rituelen (‘voor het slapen gaan drie keer uitrekken’) en vaste routines (‘een tukje na het ontbijt, een tukje na de lunch, na het vieruurtje en na het avondeten’) en kunnen zich onrustig voelen als niet alles gaat zoals gepland (‘iemand is verdorie 3 minuten en 26 seconden te laat’).
Waarom mensen met autisme niet liegen
Humor komt in dit boekje natuurlijk heel veel aan bod. Het zware wordt zo licht mogelijk verteld. Maar ook mensen met autisme hebben vaak veel gevoel voor humor.
Alleen denken ze niet altijd na over de gevoelige teentjes van hun omgeving als reactie op wat ze zeggen (‘kijk die dikkerd met die grote neus’). Sommigen om hen heen schamen zich daar wel eens voor (ten onrechte).
Daarmee komt meteen ook het authentisme aan bod. Mensen met autisme zijn heel erg eerlijk, voor het gevoel van neurotypische mensen soms wel wat te veel omdat de waarheid kwetst (‘jeetje oma, wat heb jij veel rimpels zeg !’).
En als ze wel eens proberen te liegen, lukt dat meestal niet goed (met een vogel in de mond en het kooitje open ontkennen te weten waar de vogel is gevlogen). Het moge duidelijk zijn dat liegen bij hen, in tegenstelling tot bij neurotypicals, geen aangeboren drang is.
Vrienden met iedereen maar toch anders en onbegrepen
Ze kunnen open zijn, naar iedereen, ongeacht leeftijd, grootte (kat en minimuis) of verschillen (schildpad & kat). En ze kunnen vrienden maken, die je zelf niet voor hen bedacht had (kat & cavia).
Als ze wat ouder worden, naarmate ze opgroeien, voelen ze vaak wel dat ze anders zijn. Alsof ze op een andere planeet leven waarvanaan ze naar een wereld kijken die ze nooit helemaal begrijpen.
Maar met hun unieke kijk op het leven, hun oog voor detail en hun vasthoudendheid, kunnen mensen met autisme in veel vaakgebieden de top bereiken (ict-manager, zakenman van het jaar, professor CAT).
Liefde en ondersteuning, adviezen en ruimte
Soms hebben ze wat hulp nodig op het gebied van mode en trends (under – of overdressed) maar vergeet niet dat iedereen uniek is, en ook mensen met autisme vooral een beetje mens blijven.
In die zin hebben ze net als andere mensen liefde en ondersteuning nodig, af en toe adviezen, ruimte om zichzelf te kunnen zijn, en dan kun je genieten van de unieke individuen die ze stuk voor stuk zijn.
Een aanrader kortom
Ter afsluiting kan het volstaan om iedereen aan te raden dit prachtige boekje eens te lezen. Een echte aanrader.
Alle katten hebben Asperger – Kathy Hoopmann (Pica, 2009)
Leuk, moest ineens denken aan mezelf als kind. Mijn opa had een heerlijke leunstoel waar ik altijd achterkroop als kind. Heerlijk om weg te dromen zonder dat iemand het zag. 🙂 En op de middelbare school waar ik me erg moeilijk aan kon passen, klom ik niet ergens onder, maar op. Er stond een stel oude tafels opgeslagen in de fietsenkelder waar ik helemaal opklom en niemand die me zag. Daar droomde ik weg bij de herinnering aan boeken die ik had gelezen of aan het lezen was.
Mijn jongste zoon heeft de diagnose klassiek autisme. Ik herken heel sterk in hem de behoefte aan fantaseren en het terugtrekken in een eigen wereld. Ook een overeenkomst met mijn jongste zoon, waar ik om glimlach en die mijn man en mijn oudste zoon absoluut niet begrijpen. Ik hou van boeken herlezen, films opnieuw kijken en sommige spelletjes waar een verhaal in zit opnieuw spelen (pc) Alsof ik oude vrienden bezoek.
LikeGeliked door 1 persoon
Ja, knap hè! 😎
Nu kan ik me trouwens niet echt een beeld vormen van het beeld dat jij krijgt bij het beeld dat ik schets van mijn beeldvorming omtrent een blogger … *haalt adem* … maar ik bedoelde dat natuurlijk niet al te letterlijk. 😉
LikeLike
Het enige dat niet klopt is dat ik letterlijk onder de bank vlucht (eerder figuurlijk) maar voor de rest is ’t wel juist. 🙂
Sterk overigens dat je een beeld kan vormen van bloggers.
LikeLike
Bij de meeste weblogs heb ik na een paar maanden wel een redelijk beeld van de blogger in kwestie, maar ….
“… mijn haren komen behoorlijk vaak recht, ik snoezel graag en ik vlucht bij vreemd volk onder de bank …”
…. bij sommigen moet ik mijn beeldvorming na zo’n anderhalf jaar meelezen nog regelmatig bijstellen. 😉
Miauw.
LikeLike