‘Autisme is niet eenduidig negatief, wel integendeel’
We hebben het vaak over tekorten en problemen van individuen met een autistisch ziektebeeld. Zo eenduidig negatief is dit echter niet, wel integendeel. Hun kracht ligt in hun bijzondere soort begaafdheid. Anders dan hun leeftijdsgenoten zijn kinderen met een autistische begaafdheid spontaner, origineler in dergelijke beperkte mate dat ze maar moeilijk kennis of vaardigheden van hun leraren kunnen overnemen, maar een eigen weg volgen. Dit toont zich het meest in hun originele en ongewone spraak en woordgebruik. Het toont zich tevens in hun eigen strikt begrensde bijzondere interesse die buitengewoon ontwikkeld is.
De ene is een natuuronderzoeker die opgaat in wetenschappelijke vragen stellen, een ongewone blik ontwikkelt om zijn waarnemingen zeer nauwkeurig te analyseren, een eigen ordening en theorie maakt die werkelijk diepzinnig is. Een ander, vaak ouder kind met autisme, duikt met veel vaardigheid en doorzettingsvermogen in de literatuur, die hij gebruikt om ernstige bronnenstudie op uit te voeren.
Nog een ander is chemicus, zou al zijn geld eraan opdoen, soms zelfs overwegen te stelen, om toch maar zijn experimenten te kunnen uitvoeren. Experimenten, die de omgeving vaak danig de schrik op het lijf jagen. En dan heb je ook nog degene met een tomeloze passie voor getallen, die zijn omgeving verbaast door moeilijke rekensommen in geen tijd op te lossen, maar op school een nota in zijn agenda krijgt tijdens de les Wiskunde omdat hij zich niet houdt aan de voorgeschreven manier om te komen tot een oplossing.
Dan heb je natuurlijk ook nog hen met een bijzonder aanvoelen van kunst. Ze verrassen vaak door een verfijnd gevoel voor stijl. Ze weten trefzeker kunst van kitsch onderscheiden, en voelen aan, zonder daarvoor opgeleid te zijn, wat er achter kunstwerken van de Romaanse periode tot en voorbij Rembrandt zit. Welke karakters de afgebeelde personen hebben, wat ze voorstellen, welke technieken gebruikt worden, welke stemming er uit een beeld spreekt.
Tot slot zijn er, verwant aan de kunstvaardigheid, ook nog kinderen met een sterkte om in alle stilte over zichzelf na te denken of andere mensen objectief en trefzeker te beoordelen. Waar een normaal kind of mens zich meteen inleeft en subjectief beoordeelt, zelfs zonder dat men zich daarvan bewust is, denken mensen met autisme alleen over de mensen voor hen na en blijven zij de mensen op zich observeren, zonder bijgedachten.
Hans Asperger in Heilpädogogik: Einführung in die psychopathologie des kindes (Springer Verlag, 1968) (eigen, zo nauwkeurig mogelijke vertaling)
Mooi geschreven!
LikeLike