1000 vragen aan jezelf #83
- Heb je ooit voornemens gemaakt die je (niet) hebt gehouden? Dat is al voorgevallen, maar zeer zelden, omdat ik eerder kies om iets niet te beginnen dan te proberen iets te ondernemen waarvan ik praktisch zeker ben dat ik het niet kan inlossen. Als dat toch voorkwam, was het waarschijnlijk over vermageren of minder zoetigheid eten.
- Wat is het elfde item op je lijst van frustraties? Op die lijst frustraties is het behoorlijk drummen, en verandert de rangorde constant. Op dit moment staat voortdurend de straat moeten oversteken om mensen te moeten ontwijken die er maar niet in slagen anderhalve meter afstand te houden op nummer elf.
- Heb je een favoriet citaat waar je steeds bij terugkomt? Er is bijlange meer dan één favoriet citaat, maar ik merk dat ik vaak terugkom bij het citaat van de Ierse schrijver James Joyce die ooit gezegd zou hebben: “Mistakes are the portals of discovery’. Ik interpreteer het als een geruststelling dat fouten maken ook zin heeft, en dat het zelfs de aanzet is tot nieuwe ontdekkingen. Ook al duurt het voor mij meestal iets langer dan bij anderen om er de juiste afstand tot te nemen en ze de juiste plaats te geven.
- Wat is de eerste zin van een van je favoriete boeken? Het is moeilijk kiezen tussen mijn favoriete verhalende of informatieve boeken om daar een eerste zin uit te selecteren. Als ik een eerste zin moet vermelden, kan dat volgens mij alleen komen uit een verhalend boek, aangezien informatieve boeken zelden of nooit eerste zinnen hebben die eruit springen. De eerste zin uit The Catcher in the Reye van J.D. Salinger, uit 1951, zou ik op dit moment kiezen: ‘Als je het echt allemaal wilt horen, dan wil je waarschijnlijk eerst weten waar ik geboren ben en wat een waardeloze jeugd ik heb gehad en wat mijn ouders allemaal gedaan hebben voordat ze mij kregen en meer van dat sentimentele gelul, maar eerlijk gezegd heb ik geen zin om het daarover te hebben.’
- Waar besteedt je het meest tijd aan (behalve dan samen zijn met je liefste)? Meestal ben ik bezig met lezen, als ik niet bezig ben met afwassen, opruimen, stof verwijderen en mijn budget bijhouden.
- Wanneer voelde je je voor het eerst hulpeloos en wat heb je eraan gedaan? De eerste keer dat ik me hulpeloos voelde was toen ik als vijfjarige in een ziekenhuis moest overnachten voor een routine operatie. Uiteraard bleven mijn ouders zo lang mogelijk bij mij, maar toen was er nog geen mogelijkheid om een bed bij te zitten in de kamer. Ik herinner me dat ik vooral gehuild heb maar ik had ook mijn favoriete speelgoed bij me.
- Welke leerkracht heeft een belangrijke invloed gehad op je leven, hetzij in positieve hetzij in negatieve zin? Ik heb het geluk gehad dat er een aantal leraren en leraressen waren die mij positief geïnspireerd hebben. Zo was er een leraar in de lagere school die heel goed kon vertellen en mij boeken deed ontdekken. Een leraar Nederlands stimuleerde me jaren later om te schrijven. Tot slot hebben ook mijn leraressen Woord uit het deeltijds kunstonderwijs mij positief gestimuleerd tot meer zelfvertrouwen om mezelf te uiten.
- Als je in een boek zou kunnen lezen met alles wat gebeurd is en wat nog zal gebeuren in je leven, en je zou het van voren naar achteren moeten lezen, zou je dat dan doen? Een boek lezen waarin alles staat wat al gebeurd is, vanaf het begin, dat is volgens mij toch een zekere marteling. Bovendien zou ik dan ook nog moeten lezen wat er nog allemaal zal gebeuren. Natuurlijk zou het zekerheid kunnen bieden. Een een aantal jaar geleden zou ik dat aanbod aangenomen hebben. Maar zoveel jaar later zou ik liever niet meer weten wat er allemaal nog zal gebeuren, ook al omdat ik dan zou te weten komen wanneer en hoe ik afscheid zou moeten nemen van mensen en dieren die ik graag heb.
- Als je honderd-en-elf meter van bij je thuis wandelt, wat zie, hoor, ruik en voel je op dat moment? Op dat moment zet ik net mijn eerste stap op de wandeldijk die uitgeeft op een breed zandstrand, waarvan de eerste meters vol staan van strandhokjes. In die honderd-en-elf meter ben ik een drukke weg en een tramspoor overgestoken en voorbij een rij lelijke gewandeld.
- Wanneer zag je voor het eerst de zee? De exacte leeftijd waarop ik voor het eerst de zee zag, weet ik niet meer, maar ik denk dat het op mijn vierde of vijfde jaar was, toen ik met mijn ouders of grootouders ’s zomers naar het strand ging.