The Reason I Jump … autisme en film

De voorbije decennia is autisme steeds vaker een onderwerp in films, series en in de popcultuur in het algemeen. Op haar website heeft Anne van A-typist intussen een mooie verzameling artikelen en overzichten gepubliceerd rond dit thema. As We See It, Everything’s gonna be ok, Hors Normes, Follow de SOA, The Good Doctor, Float, The Bridge … zijn slechts enkele voorbeelden.
De volgende weken komt nog een van deze producties, de documentaire ‘The Reason I jump’, in onze zalen. Deze documentaire van de bekroonde filmmaker Jerry Rothwell is begin mei ook geselecteerd voor het jaarlijkse Disability Filmfestival in Leuven. Ik mocht al een blik werpen op de film, en mag op 12 mei de vertoning van dit wonderlijke kunstwerkje inleiden voor de Vlaamse Vereniging Autisme. Deze recensie is daar een voorbereiding op, de inleiding zelf wordt opgenomen en als voorfilm vertoond op de avond zelf.
Met ‘The Reason I Jump’ wilde Rothwell vooral een film maken waarin autisme ‘van binnenuit’ wordt verkend. De basis hiervoor is het gelijknamige boek van de mutistische schrijver Naoki Higashida, die op 13-jarige leeftijd zijn ervaringen en gevoelens beschreef als autistisch persoon te midden van neurotypische mensen.
De inmiddels 29-jarige Japanner wilde zelf niet meewerken aan de film. Daarom verweeft regisseur Rothwell de verhalen van Naoki Higashida met de beelden en verhalen van vijf jonge autistische mensen in India, het VK, de VS en Sierra Leone. Als verteller leiden Naoki’s woorden je door de film. De recensies van de Amerikaanse pers waren overwegend positief, en in 2020 won de film zelfs de publieksprijs op het Sundance Film Festival.
Van bij het begin van de film is het duidelijk dat er maar twee werelden lijken te bestaan: de enigmatische van de neurotypicals en de mysterieuze van de autistische mensen. De stem van een verteller neemt de kijker mee op een 83 minuten durende verhelderende, meeslepende en liefdevolle film die je onderdompelt in de verhalen van niet-sprekende autistische mensen.
Allerlei filmische technieken worden gebruikt in een verdienstelijke poging om een autistische ervaring tastbaar te maken. De autistische mensen die in beeld komen, worden getoond in hun dagelijks leven op schijnbaar onopgemerkte, persoonlijke momenten, maar ook in stressvolle en overprikkelende situaties. Dat levert heel wat verhelderende, poëtische en soms ook best aangrijpende momenten op.
Vanzelfsprekend betekent de deelname van deze autistische mensen betrekken niet meteen dat ‘The Reason I jump’ als film of documentaire recht doet aan alle autistische mensen. Ik heb ook niet de indruk dat de regisseur de pretentie heeft om deze ‘participatie’ tot een ‘representatie’ te maken.
Wat hij wel lijkt te willen tonen, is de duizelingwekkende kloof tussen de waardevolle beleving van enkele autistische jongvolwassenen en het beeld dat hun sprekende omgeving van hen heeft.
Voor hun ouders bijvoorbeeld is autisme hoofdzakelijk een tegenslag, een ‘slecht lot’, een contrast met het leven dat zij leven. Dat lijkt vooral te maken met hun focus op gesproken taal als enig waardevol communicatiemiddel. De diverse andere communicatievormen zoals lichaamstaal, gebarentaal, elektronische tools … worden als erszatz beschouwd.
Wie de fixatie op gesproken taal niet deelt als enige geaccepteerde vorm van communicatie, moet volgens onze samenleving wel aan verstandelijke vermogens en bewustzijn ontbreken. Zo wordt Amrit Khurana, een jonge vrouw met veel talent en een rijk innerlijk leven, alleen door haar tekortkomingen en andere vorm van communicatie afgeschilderd als een afhankelijk, onmondig kind.
De wereldvreemdheid van de samenleving wordt nog schrijnender verbeeld als je kijkt naar de heftige eis om niet-verbale communicatie zoals mimiek, gebaren en lichaamstaal evenwaardig te zien. In plaats daarvan veronderstelt hun omgeving vaak wat ze denken en willen, om die veronderstellingen vervolgens als hun stem naar buiten te brengen.
Het doet me onder andere denken aan passages uit het boek ‘Ongehoord: over kleine interacties wanneer woorden niet vanzelfsprekend zijn’, van Leni Van Goidsenhoven, waarin theatermakers, schrijvers,, kunstenaars, therapeuten en orthopedagogen de lezer meenemen in hun denken rond het thema ‘alternatieve vormen van communicatie’ en over wat ontmoeting en interactie betekent wanneer woorden niet vanzelfsprekend zijn.
In ’The Reason I Jump’, komen de deels mutistische, deels echolalische autistische personen met brievenborden wel tot een vorm van communicatie die ook hun omgeving accepteert. Dit is weliswaar geen wondermiddel maar een ondersteuning die veel lijkt te veranderen.
‘Je kunt voor het eerst een leerplan volgen’, zegt de moeder van Emma Budway, die lijkt te geloven dat haar kind nu pas intelligentie heeft verworven, alsof ze niet had kunnen leren en ervaren voordat ze deze kaart gebruikte. Een andere moeder realiseert zich dat ze haar autistische dochter jarenlang belette zichzelf te zijn, en verzet zich tegen oude mythes in Sierra Leone dat autistische mensen bezeten zijn door demonen.
Het is een van de weinige momenten in de film waarin de kloof tussen autistische mensen en hun omgeving wat minder diep lijkt te worden. Terwijl autistische mensen nochtans in dezelfde wereld leven en evenveel recht hebben op vrijheden. Deze documentaire is niet alleen daarom de moeite waard om te bekijken. Ze biedt ook een mooie verbeelding van de moeite die neurotypische mensen hebben met contact met mensen die niet dezelfde communicatiestijl hebben en leven in een voor hen vreemde, onbekende cultuur waarvan de regels en logica onbegrijpelijk lijken.
Over het algemeen had ik een positief gevoel bij deze documentaire. Ze is duidelijk gericht op de ouders, familie en mensen die met autistische mensen in contact komen. Toch kan ze volgens mij ook veel inzicht bieden aan meer verbale autistische mensen die niet-verbale autistische personen ook vaak ten onrechte verstandelijke tekorten toeschrijven. Ook hulpverleners en therapeuten kunnen van deze documentaire iets opsteken. Ze zouden zich kunnen herkennen in de ouders van de hoofdpersonen en zich vragen stellen over de manier waarop zij over autisme spreken.
Tot slot is het belangrijk voor het bekijken van deze documentaire de juiste verwachtingen te hebben. The Reason I jump is duidelijk geen Hollywood-achtige verfilming, geen liefdesverhaal tussen twee autistische genieën, of een biopic van een creatief genie met autisme. Het is wel een aanklacht en kritische visie op het ‘valide’ wereldbeeld, op wat we ‘normaal’ vinden in onze dagelijkse communicatie en samenleving. Het tracht het leven van autistische mensen die op een andere manier dan met gesproken taal communiceren in beeld te brengen. Mensen die het liefst zouden willen blijven zoals ze zijn. Maar meer nog legt het de kloof bloot, tussen mensen met en zonder autisme, tussen autisten onderling, maar ook het onvermogen van niet-autistische mensen om, ondanks hun mogelijkheden, te komen tot communicatie met mensen met een andere communicatiestijl dan die van hen.