De goede keuze … altijd een beetje boekhouden
Op de vraag of het moeilijk is om goede keuzes te maken, antwoord ik volmondig ja. Er zijn volgens mij weinig mensen, los van het autisme, die vooral goede keuzes kunnen maken. Vandaar waarschijnlijk ook de uitdrukking: missen is menselijk.
Ook mensen met autisme zijn dus menselijk en kunnen fouten maken. Al valt het sommige mensen moeilijk om dat toe te geven en steigeren ze daarbij al te vaak. Want ‘wie zal dat betalen?’. En: ‘wat gebeurt er met onze goede naam?’ Alsof er bij hen zoveel meer staat bij ‘goede keuzes’ dan ‘foute keuzes’.
Een goede keuze …
Goede keuzes maken is zeker niet gemakkelijk. Om een goede keuze te maken is immers genuanceerde en gewogen informatie nodig, een goede inzicht in de context, voldoende tijd en ruimte om fouten, om verkeerde keuzes te maken (en dus ervaring op te doen). En natuurlijk heel wat eerlijkheid tegenover zichzelf, maar dat spreekt voor zich.
Meestal zijn deze vier randvoorwaarden niet aanwezig. De meeste keuzes gebeuren dan ook op goed geluk. Zeker in onze samenleving. Met alle gevolgen. In de bankensector is dat nog het meest zichtbaar. Maar ook in sectoren als welzijn, economie, sociale zekerheid … zijn keuzes vaak te weinig overwogen.
Waarom dubbel boekhouden u meer inzicht geeft … in keuzes en onze tijdsgeest
Tegenwoordig wordt al snel (neo)liberalisme aangewezen als boeman voor veel problemen. Het is volgens mij zinvoller om te zoeken hoe het komt dat er vandaag te weinig goede keuzes worden gemaakt. Volgens mij heeft niemand minder dan Fra Luca Pacioli uit het Italiaanse Arezzo, vriend van Leonardo da Vinci en Leon Battista Alberti, daar iets mee te maken.
Deze potige monnik, steeds in somber Franciscaans habijt gekleed op zijn portretten, ligt minstens voor een deel aan de basis van onze tijdsgeest. Deze (niet zo brave) geestelijke ontdekte immers hoe je meetkunde kon toepassen op menselijke handelingen. In zijn Summa van 1494 beschreef hij de filosofie van een ‘machinerie waarmee de hele wereld berekend kon worden’ en noemde het ‘dubbel boekhouden’. Goethe noemde het ‘een van de mooiste uitvindingen van de menselijke geest’.
Met God als maatstaf lanceerde Fra Luca begrippen als actief en passief, baten en lasten, winst en verlies, activering … die tegenwoordig centraal staan in ons leven. De monnik gaat door het leven als de man die het dubbel boekhouden vorm gaf, hoewel het door Islamitische slavendrijvers al deels was uitgevonden. Dit op zich religieus systeem zou de komende jaren en eeuwen veel invloed hebben op het keuzeproces. ‘De snelheid van onze keuze bepaalt onze winst’ schreef Fra Luca bovendien in 1511.
Ik ben niet echt objectief als gediplomeerd accountant maar de fascinerende wereld van het boekhouden verklaart volgens mij een groot stuk van de huidige psychologische als onze economische crisis. Inzicht in dat boekhouden kan bovendien helpen om een beter leven te leiden en goede keuzes te maken. Minstens om geen zorgen over uw geld te hebben. En in elk geval is de erosie van de kunst om goede keuzes en beslissingen te maken begonnen met een monnik met een unieke visie op keuzes maken.
Goed voorbereid, laat of niet genomen
In mijn keuzeproces speelt autisme volgens mij een niet te onderschatten rol. Niet steeds in negatieve zin evenwel. De invloed van autisme leidt immers vaak tot keuzes die goed voorbereid worden, of integendeel laat of net niet genomen worden. Misschien ligt het percentage ‘goede keuzes’ bij mensen met autisme wel behoorlijk hoger dan bij neurotypicals. Toegegeven, het percentage ‘niet genomen keuzes’ ligt vermoedelijk ook redelijk hoog.
Maar als ik zie hoe roekeloos anderen – zonder autisme – om mij heen kiezen, verwondert het mij zelfs dat er niet meer ongelukken gebeuren. Een groot verschil is dat de misstappen bij neurotypicals vaker worden opgevangen door anderen, door groeps – of statusgenoten. Met een kwinkslag worden weggewuifd, of afgeschoven op wie volgt.
Voortdurende comparatieve analyse en evaluatie
Bovendien lijk ik een aantal elementen die anderen belangrijk vinden in hun keuze (sociale, maatschappelijke, esthetische aspecten) niet te ‘zien’. Of ik vind ze niet belangrijk. In die zin zijn mijn keuzes volgens anderen zelden juist, verantwoord of correct onderbouwd.
Dat ik langer tijd nodig heb om te kiezen, is deels ook toe te schrijven aan de vergelijkende evaluatie die eraan voorafgaat. Een vergelijking, in zoverre dat mogelijk is, van keuzes in vergelijkbare contexten, door mezelf en door anderen. Mettertijd heb ik immers een bibliotheek opgeslagen van gemaakte keuzes die ik grondig analyseer. De meest passende knip en plak ik dan in de bewuste situatie.
Dat proces slorpt natuurlijk veel energie en voortdurend nadenken, overwegen en piekeren. Om moe van te worden, maar helaas is er weinig andere keuze. Alternatieven zijn passiviteit (volledig geen keuzes), uitbesteding (anderen keuzes laten maken), of roekeloosheid (mij volledig laten afhangen van de context). Maar dat laatste zou vooral leiden tot veel meer angst. En die heb ik nu al in overvloed.
Imitatie, analyse, goede voorbeelden en vermijding
Het is dus veeleer door imitatie dan door zelf te beslissen dat ik keuzes maak. Door veel tijd te steken in analyse van vroeger gemaakte keuzes, veel te kijken naar goede voorbeelden van anderen, en door zoveel mogelijk (moeilijke) keuzes te vermijden, kom ik zonder al te veel brokken door het leven.
Soms gaat dat goed maar als de context heel snel verandert kan de overgenomen (tweedehandse) keuze wel eens zeer fout zijn. Vaker wel dan niet probeer ik keuzes te omzeilen door heel lang te wachten, de keuze als irrelevant te zien, het niet als mijn probleem te zijn (anderen moeten maar kiezen) of als een keuze mij opgelegd wordt de autoriteit van wie mij de keuze oplegt in vraag te stellen.
Waarom er niet meer beïnvloeding is
Toch heeft die imitatie-techniek geen gevolg voor de mate van beïnvloeding door anderen in de keuzes die ik maak. We worden allemaal voortdurend beïnvloed. De een is daar al meer vatbaar voor dan de andere. De een kent situaties, momenten, periodes waar hij of zij meer beïnvloedbaar is dan een ander.
We hebben elk onze streepjescode op dat vlak, onze sterke en zwakke punten. En hoe meer we open zijn, en gemakkelijker vertrouwen opbouwen, hoe kwetsbaarder we zijn op dat vlak.
Dat mensen met autisme per definitie meer beïnvloedbaar zouden zijn in hun keuzes, vind ik dan ook niet juist. Zeker niet als vertrouwen moeilijk opgebouwd wordt. Maar ik heb wel de ervaring dat loyaliteit ver kan gaan op vlak van keuzes. Ook bij mensen die begaafd en goed opgeleid zijn.
In die zin ben ik vaak verrast hoe beïnvloedbaar neurotypicals zijn, meestal doordat ze aangesproken worden op hun groepsgevoel, empathisch vermogen of als de sociale status in gedrang komt.
Hoe om te gaan om verkopers, oplichters en ander tuig
Ik heb me vaak afgevraagd hoe het mogelijk is dat iemand met de juiste woorden, de juiste kledij, de juiste titel … een mens met – in theorie – goed inzicht in de context en signalen tot bepaalde merkwaardige keuzes kan brengen? Terwijl ik naast die persoon stond, en meteen kon aanvoelen dat er iets niet pluis was, de andere een oplichter was, zijn verhaal niet klopte? Hoewel ik niet meteen kon uitleggen waarom.
Meestal heb ik trouwens weinig last van opdringerige verkopers. Als ze al niet zien dat er weinig te rapen valt, dan worden ze van bij de eerste (zeer directe, kritische) vragen afgeschrikt. Voor mij telt vooral de eerste van 4 P’s, de bekende ‘Marketing Mix’: technische kwaliteit van het product eerder dan prijs, plaats van verkoop en promotie (en imago).
Misschien heeft het ook te maken met mijn achtergrond (familie van verkopers), mijn opleiding (handelsrichtingen), opvoeding (‘gij zult verkopers niet vertrouwen’) en ontwikkelingsleeftijd. En ook het bewustzijn van mijn contextblindheid wellicht. Als je even roekeloos als anderen de duisternis in loopt, kan je snel tegen iets onaangenaams botsen. Ik ben dan ook zeer bedachtzaam van aard.
Goede (en slechte) gewoontes, onmisbaar bij het maken van keuzes
Behalve door goede analyse en voorbereiding kan ook goede gewoontes opbouwen beschermen tegen ‘foute’ keuzes. Waarbij ik de ‘fout’ dan afmeet aan de vermindering van levenskwaliteit op langere termijn, de last of vermindering van gemoedsrust die het mij bezorgt.
Mijn leven bestaat dan ook voornamelijk uit goede gewoontes. Sommige gewoontes blijven van kinds af aan, andere worden af en toe herzien. Slechte gewoontes zijn er uiteraard ook, maar het lastige is dat ik die vaak niet zie en dat ze niet door anderen aangewezen kunnen worden.
Tot slot: af en toe een scan als het energieniveau het toelaat
Zodra ik energie over heb, scan ik mijn functioneren dan ook, als een soort virusscanner.
Op zoek naar fouten in het keuzemechanisme maar ook naar slechte gewoontes, zoals claimende mensen, mee-drijvers en al dergelijke energievreters.
Alleen kost dat enorm veel tijd. Die er helaas niet altijd is. Door allerlei keuzes. Van mezelf maar vooral door anderen.