Waarom de jonge kunstenares Alice op autisme werd getest …
Alice had nergens een grote passie voor, hoewel ze de gewoonte had de schakering, verzadiging en intensiteit van de kleuren van zo’n beetje alles wat ze tegenkwam te observeren.
Het eerste wat ze zich kon herinneren was dat ze zich in haar moeders volumineuze inloopkast verstopt had en haar kleren rangschikte naar hun plaats in het zichtbare spectrum. Ze was begonnen met de bloesjes. Paarse bloesjes, violet, blauw, groen, limoen, geel, roomwit, oranje, rood en bordeauxrood.
Ze hing de witte bloesjes tussen de gele en de roomwitte, hoewel wit strikt genomen geen deel uitmaakte van het spectrum. In eerste instantie was haar moeder aangenaam verrast geweest, maar toen Alice de oefening herhaalde met de garderobes van haar broer en zus, had ze haar op autisme laten testen.
Mark Lamprell in Een liefde in Rome (A.W. Bruna, 2016)