1000 vragen aan jezelf #35
Nummer vijfendertig in de reeks van 1000 vragen aan jezelf-blogs. Over waar ik kan over blijven doordrammen, of elke liefdesrelatie redden is, en met welk lichaamsdeel ik tevreden ben. Over hoe ik het leven spannend hou, of ik goed kan presteren onder druk, en welke levensfase ik het prettigst heb ervaren. Tevens komen vragen aan bod als of ik andere mensen net zoveel waard vind als mezelf en of ik denk dat je altijd de keuze hebt. Tot slot nog of ik liever al mijn geld zou verliezen of alle foto’s die ik heb gemaakt, en of ik liever over tien minuten te laat zou zijn of altijd twintig minuten te vroeg.
341. waar kan je over blijven doordrammen?
Over alles waarvan ik niet zeker weet of de ander het wel heeft verstaan. Het gebeurt dat ik zelfs als de ander signalen heeft gegeven, dat ik blijf voorbeelden geven, om mijn punt duidelijk te maken. Of dat ik blijf uitweiden over mijn passie, omdat het niet wil doordringen dat de ander mijn enthousiasme niet deelt of gewoonweg niet reageert. Ik probeer wel te stoppen als de ander duidelijk en vriendelijk aangeeft dat het welletjes is geweest (of dat hij of zij wel doorheeft waarover het gaat) en dat het nu over iets anders mag gaan. Of dat ik best iets anders ga doen.
342. is elke liefdesrelatie te redden?
Dat denk ik niet, en het is volgens mij ook niet goed tot elke prijs een liefdesrelatie te willen redden. Dat heeft hetzelfde effect als iemand nodeloos lang blijven reanimeren of het leven tot het absurde rekken. Een vegetatieve of etalage relatie – om iets anders dan de relatie of de liefde – is volgens mij voor niemand goed. Het staat mogelijks ook nieuwe relaties zoals een nieuwe, vastere liefdesrelatie of andere relaties zoals vriendschappen of familierelaties in de weg.
343. met welk lichaamsdeel ben je het meest tevreden?
Dat is een moeilijke vraag. Van de ongeveer 7.500 lichaamsdelen zijn er grofweg drie categorieën. De grootste groep is de middengroep, waarvan ik me nauwelijks bewust ben of waarvan ik zelfs de naam niet ken. De kleinste groep bestaat uit die lichaamsdelen die ik liever kwijt dan rijk ben. En dan zijn er ook behoorlijk wat lichaamsdelen waar ik best tevreden tot zelfs trots ben. Zo ben ik heel tevreden met mijn voeten en mijn handen. Ook van mijn neus mag ik niet klagen. Maar het meest tevreden ben ik toch met mijn voortplantingsorganen en mijn hersenen. Die laatste maken immers dat ik me van dat alles bewust blijf en dit kan schrijven.
344. hoe hou je je leven spannend?
Al van jongs af aan heb ik nooit echt te klagen gehad van gebrek aan spanning in mijn leven. Elk moment is er wel iets nieuws dat op me afkomt. Misschien is weten dat al het voorgaande ons in niets voorbereidt op het volgende momenten de beste tip om het leven spannend te houden.
345. kan je goed presteren onder druk?
Geenszins, het is pas als ik heel weinig druk ervaar dat ik de innerlijke dwang voel om me te laten gelden door iets goed te voltooien. Als ik ook maar subtiele druk voel, en daar ben ik hypergevoelig voor, merk ik dat ik innerlijk blokkeer of sterk onder mijn niveau ga functioneren. In combinatie met mijn perfectionisme, daalt dan ook meestal mijn motivatie om er überhaupt nog aan te beginnen of verder te werken. Ik kan wel goed presteren met het nodige vertrouwen, de mogelijkheid om zelf beslissingen te nemen over het verloop van begin tot einde, en met een duidelijke, concrete en vriendelijke communicatie over wat er verwacht wordt, wanneer, voor wie en hoe.
346. welke levensfase heb je als prettig ervaren?
Het is moeilijk voor mij als jongeling van bij de veertig om daarop te antwoorden, vermits ik nog lang niet alle levensfasen heb doorgemaakt. Ik weet in elk geval dat mijn kindertijd en jeugd niet de mooiste of prettigste tijd was. Misschien is de tijd waarin ik nu leef wel de prettigste tot nu toe, maar ik kan het niet met zekerheid zeggen.
347. vind je andere mensen net zo veel waard als jezelf?
Het zou erg zijn, vind ik, mocht ik mezelf meer waard vinden dan alle mensen maar ook getuigen van een minderwaardigheidstrauma mocht ik mezelf minder waard vinden dan alle mensen. Het zou ook wat flauw zijn te zeggen dat dit afhangt van de situatie of de toestand waarin die andere mensen zijn. Ik schat dat 10% van de mensen die ik ken betere mensen zijn dan mezelf, en dus ook meer waard zijn. Een goeie 40% van hen zijn vermoedelijk evenveel waard als mezelf. En de andere helft van de mensen die ik ken schat ik relatief minder waard of zijn onpeilbaar omdat ze onder invloed staan van mensen of chemische stoffen.
348. heb je altijd de keuze?
Als daarmee bedoeld wordt of ik altijd zelf kan kiezen tussen verschillende opties, ook door niet te kiezen, dan denk ik niet dat ik altijd de keuze hebt. In veel gevallen kan ik op een of andere manier, voor een bepaald deel, een keuze overwegen of zelfs maken, maar zeggen dat ik ‘altijd’ de keuze heb, strookt niet met mijn ervaringen. Te meer omdat ik, net als anderen, om allerlei redenen vaak niet voor de keuze wordt gesteld. De meest gebruikelijke reden is een veronderstelling dat ik de ‘juiste’ keuze (die eigenlijk niet bestaat) niet kan nemen, bijvoorbeeld omwille van beperkte capaciteiten, te weinig kennis, onvoldoende ervaringen of ontbrekende vaardigheden. Zeggen dat ik ‘nooit’ de keuze heb, zou ik ook niet zeggen. Ik kan me immers verzetten tegen gemaakte keuzes, op welke manier dan ook.
349. zou je liever al je geld en voorwerpen verliezen of al de foto’s die je ooit hebt genomen?
Aangezien ik in mijn leven nog maar weinig foto’s zelf heb genomen, en de foto’s die ik heb van mooie momenten bijna allemaal genomen zijn door anderen, zou ik toch eerder geld en voorwerpen houden. Bovendien zijn de foto’s die ik graag zie toch vaak foto’s van anderen, en zitten de mooiste momenten in mijn herinnering.
350. zou je liever altijd tien minuten te laat komen of overal twintig minuten te vroeg?
Tot nu toe kom ik bijna overal tien tot dertig minuten vroeger dan verwacht. Zelfs al sla ik regelmatig in paniek dat ik toch te laat zal zijn, en kom ik daardoor nog vroeger. Het zou dus best handig zijn mocht ik overal twintig minuten te vroeg zou zijn, zonder dat ik er echt veel voor hoef te doen. Tien minuten te laat komen zou ik daarentegen vreselijk, en bovendien ook weinig respectvol vinden. Het zou ook veel tijdsverlies met zich meebrengen, want dan zou ik moeten wachten tot de volgende gelegenheid of afspraak of trein of bus.