1000 vragen aan jezelf #75

  1. Als je een dag in iemands schoenen zou doorbrengen, wie zou dat dan zijn en waarom?

    Zowel letterlijk als figuurlijk voelen mijn voeten zich alleen goed in mijn eigen schoenen. Ik zou het dus erg moeilijk vinden om even, laat staan een dag in iemand schoenen door te brengen, dus zijn of haar leven even over te nemen, in zijn of haar plaats zijn voor een dag. Niet zozeer omdat ik dat als man met autisme minder goed zou kunnen. Ik draai daar geen doekjes om, ik kan niet me voorstellen hoe het is een ander te zijn. En ik ben er ook zeker van dat een dag geen juist beeld zou geven hoe het is in mijn schoenen te staan. Als ik dan toch een, louter hypothetisch, antwoord zou geven op deze vraag, dan zou ik kiezen voor de schoenen van mijn liefste. Zo zou ik mogelijks een beeld krijgen hoe het is met mij samen te leven. Misschien zou mij dat helpen om het een en ander bij te sturen, indien mogelijk natuurlijk.

  2. Hoe zag je slaapkamer eruit als kind?

    Mijn slaapkamer is niet zoveel veranderd sinds mijn kindertijd. Alleen het bed is wat groter geworden. De kleerkast en de atmosfeer is onveranderd. Behalve een bed, een krukje met wekker en een kleerkast is mijn slaapkamer leeg. Er hangt niets aan de muren, en er is geen luchter. De muren zijn beige, net zoals de vloer. Het is er dus zeer sober – ik wordt niet graag afgeleid door iets dat aan de muur hangt. Het is ook de properste en meest opgeruimde kamer in mijn huis. In mijn kindertijd was dat laatste anders. Toen leek het vaak alsof er nu en dan een bom van kledij en aantekeningen was ontploft. Dat kwam vooral omdat ik toen niet meteen iets vond, en er niet beter op vond alles in het rond te gooien. Nu is mijn kleerkast voorzien van aanwijzingen waar wat ligt, en blijft liggen.

  3. Wat is het eerste waar je op let als je mensen ontmoet?

    Als ik mensen ontmoet, is het eerste waar ik op let, meestal onbewust, een detail dat meteen mijn aandacht trekt. Dat verschilt enorm van persoon tot persoon. Een zweetplekje, het motief van de bril die iemand draagt, de stemklank die irritant, aangenaam of bekend in de oren klinkt, een stukje grijs haar, de speciale kleur van de ogen, een decolleté die net iets teveel onthult, … Het kan van alles zijn, maar meestal komt het op me af zonder dat ik er iets voor hoef te doen. Het duurt een tijdje voor ik van dat detail af ben en aandacht heb voor de persoon in het geheel. Als ik mensen meerdere keren ontmoet, kan het zijn dat ik dat detail weer oppik om hen te herkennen, of op een ander detail vallen.

  4. Wat is de voornaamste reden dat je op een bepaalde vraag niet reageert?

    Dat kan heel veel verschillende redenen hebben, maar vaak is het omdat ik niet ervaren heb dat de vraag (onder andere) aan mij is gericht. Het kan ook zijn dat ik iemands vraag als een uitspraak zonder vraag beschouw, en de vraag te weinig concreet en onduidelijk is. Verder kan het natuurlijk zijn dat mijn aandacht vooral ging naar de stemmen van andere mensen in een drukke omgeving en dat ik de vraag misschien wel gehoord maar niet opgepikt heb. Dat zijn maar enkele van de vele mogelijke redenen.

  5. Zou je een persoonlijke robot verkiezen boven een persoonlijk assistent of liever andersom?

    Het lastige van deze vraag is dat ik niet echt een robot ken die hetzelfde zou kunnen als een persoonlijk assistent die ik zelf zou kunnen kiezen of aanwerven. Menselijke assistentie zou als nadeel kunnen hebben dat de waarden en normen van de assistent teveel tussenkomen in de assistentie, bij een robot zou dat iets minder het geval zijn. Anderzijds heeft een robot niet veel meer te bieden dan discipline en variaties op wat erin gestopt is.

  6. Wat zou je verkiezen: onzichtbaar zijn of andermans gedachten kunnen lezen?

    Zonder twijfel zou ik gaan voor onzichtbaar zijn. Er zijn wel mensen van wie ik graag de gedachten zou kunnen lezen, maar bij anderen zou ik niet willen weten wat ze denken. Onzichtbaar zijn is daarentegen mijn jeugddroom, naast gewichtsloosheid en alles kunnen eten zonder te verdikken.

  7. Waar ben je het meest dankbaar voor?

    Een tijdje terug hoorde ik op de radio een experiment met jongeren die door een dankbaarheidsdagboek bij te houden minder hang naar materiële beloning zouden hebben. Er is veel waar ik dankbaar voor ben, maar tegelijk veroorzaakt het woord wat irritatie bij mij. Waarschijnlijk heb ik al te veel gehoord waar ik dankbaar voor zou moeten zijn. Dat zijn dan meestal dingen waar ik niet meteen dankbaarheid bij voel. Ik ben bijvoorbeeld dankbaar voor de tijd die ik krijg om te leven, dat ik nog met mijn ouders kan praten (in de zin van niet in ruzie zijn), dat ik nog redelijk vrij kan ademen, dat ik veel kansen heb gekregen in mijn leven (en de meeste heb gebruikt), dat ons huisdier het weer goed stelt en dat mijn liefste ondanks al mijn kleine kantjes toch al meer dan tien jaar samen is met mij.

  8. Wat verkies je : kraantjeswater of flessenwater?

    Meestal drink ik kraantjeswater dat ontkalkt is, en af en toe drink ik flessenwater. Ik proef niet echt het verschil, tenzij dan bij bepaalde merken flessenwater die heel erg vies smaken.

  9. Welke keuze hoop je nooit te moeten maken?

    De keuze tussen leven en dood van een of meerdere mensen of dieren, om het even in welke situatie.

  10. Wat is op dit moment het meest eenvoudige dat je kan doen?

    Op dit moment is het meest eenvoudige dat ik kan doen een punt zetten achter mijn zin.

1 Comment »

Geef een reactie

Gelieve met een van deze methodes in te loggen om je reactie te plaatsen:

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.