Uit een vol hoofd … autisme en schrijven

Om te schrijven heb ik handen nodig, een hoofd en een hart. Verder zijn er natuurlijk nog veel meer zogenaamde ‘randvoorwaarden’ en ‘hulpmiddelen’. Zoals tijd, ruimte, geduld en inspiratie. Toch zijn dat voor mij eerder bijkomstigheden. Met nadruk op ‘voor mij’. Zo heb ik de laatste weken niet veel geschreven omdat de 3 H’s het lieten afweten.

Zo was mijn hart wat minder in vorm, was mijn linkerhand (en –arm) geveld door een ontsteking, en zat mijn hoofd vol. Die drie kan je ook niet los zien van elkaar. Als mijn hart niet vol is van iets of iemand en mijn hoofd niet leeggemaakt kan worden, komt er meestal ook niets goeds uit mijn handen.

Het komt wel vaker voor dat ik een vol hoofd heb. Dan kan ik er niet veel meer. Of het nu vol zit met zorgen, met snot, met angsten, met vreugde, verlangens of ideeën. Mijn hoofd is letterlijk behoorlijk groot. Een classificatie ‘extra large’, volgens het label in mijn fietshelm. Wat ik af en toe stigmatiserend vind. Als ik ergens een helm moet lenen, klinkt het steeds : ‘nee, zo’n grote maat hebben wij niet’. Toch is het blijkbaar nog niet groot genoeg om al mijn gedachten een plaats te geven.

Vroeger werd ik met mijn hoofd wel eens gepest. Warhoofd, waterhoofd, ‘mongool’ … nu nog zijn het verwensingen die ik hoor als in de weg blijk te staan van mensen die sneller roepen dan ze denken (over de gevolgen van hun geroep). Terwijl ik echt geen enkele band heb met Mongolië, dat mooie Aziatisch land, of met mensen met Down, die een speciale plaats in mijn hart hebben. Ik kan er ook niet aan doen dat mijn hoofd een buitengewone omvang heeft. Dat is eerder erfelijk bepaald en voorts het gevolg van een ziekte die mij voorziet van een extra stevige schedelpan. Ik heb letterlijk altijd een zwaar hoofd, maar vaak ook figuurlijk, zoals in deze dagen.

Geen idee wat daartoe heeft geleid. Teveel door de verkeerde uitzendingen op televisie of radio verleid, teveel gekluisterd aan het internet of me vergaapt aan de betere roddelmagazines? Of misschien is het wel het moment? Net zoals mijn vrouw, mijn liefste, maandelijks een periode nukkig is, ben ik dat ongeveer vier keer per jaar, bij elke seizoenswisseling. Met de klimaatverwarring is er weliswaar niet zoveel meer over van die wisseling, maar dat deert mijn gemoed niet. Dat blijft ongestoord verder draaien. Alleen met mijn keuze van passende kledij wil het wel eens fout lopen. Nu eens te dik, dan weer te dun gekleed, regenjas of hoodie, zomers of tussenseizoen gekleed, zomers of winters bed opmaken, … ik sla de bal vaak mis.

Om mijn hoofd leeg te maken, ga ik meestal wandelen. Bij voorkeur op stillere plaatsen. Stilte bestaat tegenwoordig niet echt meer. Of het maakt me onrustig. Op een halfuurtje wandelen kom ik op een plaats die voor mij stilte het meest benadert. Op een afgedankte begraafplaats, die weliswaar nog onderhouden wordt door de stedelijke diensten maar amper nog bezocht wordt.

Ik kom er elke week een of twee keer. Omdat het op mijn weg naar de slager ligt maar soms kom ik ook gewoon aanwaaien. Er liggen vooral mensen die in de negentiende en twintigste eeuw leefden, die gesneuveld zijn in een van de vele oorlogen of op zee. De meesten onder hen zijn allang vergeten, of hun familie ligt op dat andere kerkhof, waar het op Allerheiligen, hun feestdag, veel drukker is. Hun grafschriften spreken mij aan, en doen me mijmeren.

Hier waait de wind recht van over zee over de graven, rijk bezaaid met mos, en lopen de zwerfkatten nog ongestoord rond. Soms ga ik er heen om te schrijven, op een bankje zitten, zoals op een zonnige koude dag als vandaag. Met zicht op Maurice, Marcel en Freddy, allen in Wereldoorlog I gesneuveld. Met naast hen Clothilde, Maria en Elisabeth. Ze rusten allen samen onder een groene heuvel. Zoals in de Spoor River Anthology van Edgar Lee Masters, waar ik af en toe naar teruggrijp. Met op de achtergrond het grote marmeren kruis van een mij onbekende notabele. Met de treurwilgen die zachtjes wiegen en met katten in het donkergroene gras van de strooiweide. Om dan mijn notaboekje toe te slaan, op te staan en terug naar huis te gaan. Naar mensen met wie ik het liefst onderweg ben, die ik het liefste zie.

3 Comments »

  1. Al eens duivelsklauw geprobeerd dit smeert de gewrichten https://wetenschap.infonu.nl/onderzoek/53114-duivelsklauw-wetenschappelijk-bekeken.html ? Toen ik dit nam voor mijn knie bleken mijn vingers plots precies met minder weerstand te bewegen. Nu neem ik vooral curcuma 1 keer per week gewoon uit het kruiden potje . Er word altijd gezegd dat dit niet geconcentreerd genoeg is om zo te werken, maar in de natuur bestaan geen geconcentreerde pillen, dus waarom zou overdaad dan zo veel beter zijn.

    Like

Geef een reactie

Gelieve met een van deze methodes in te loggen om je reactie te plaatsen:

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.