‘Het meeste risico zit in onze bubbel’ … autisme en comfortzone

Het meeste risico zit in onze eigen bubbel. Die uitspraak zou zowel van lang geleden als gisteren geweest kunnen zijn. Zo is er meer dan een denker/denkster die gewaarschuwd heeft over de gevaren van teveel terugtrekken uit de samenleving. Omdat mensen niet gemaakt zouden zijn om op zich te leven. Maar ook viroloog Steven Van Gucht liet enkele weken terug in kranten optekenen dat niet de vreemde man of vrouw, maar wel onze familie en onze vrienden onze gezondheid in gevaar brengen (in het kader van Covid-19). Sommige kranten kopten daarom ‘grootste risico zit in eigen bubbel’.
Het deed me denken aan een artikel over ‘moderne autisten’ van enkele jaren terug waarin geschreven werd dat ‘de moderne autist in een bubbel of onder een stolp’ leeft. De betekenis van die ‘bubbel’ was toen heel anders dan nu. Geen overheid die er tot voor enkele maanden aan dacht burgers op te roepen in hun eigen bubbel te blijven. Integendeel, die bubbel moest net verlaten worden. Of die bubbel moest, als het even kon, zodanig groot worden dat ze op een gegeven moment uiteenspatte waardoor de wereld een thuis werd.
Voor iemand die met heel weinig mensen in contact komt, en in zijn eigen wereld leeft, zijn er niet zo gek veel woorden. Wie in zijn eigen bubbel leeft, schermt zich vooral af van invloeden van buitenaf, leeft in afzondering, kan in min of meerdere mate kluizenaar zijn. Dat er over bubbel wordt gesproken, duidt zowel op de illusie (een lucht – of zeepbel is niet echt) als op het tijdelijke en een dreiging van een komend eind (op een bepaald moment barst de bel). Soms komt iemand voortijdig uit zijn bubbel, en komt hij of zij weer in contact met de ‘realiteit’, maar vaak ook niet. Zo zou je kunnen zeggen dat een groot aantal mensen, bijvoorbeeld in managementkringen en denktanks, van de ene bubbel naar de andere evolueren, waarbij ze vergeefs contact met de realiteit zoeken.
Wie toch op zijn eigen erf blijft en liever niet in contact komt met de buitenwereld, wordt al eens ‘autist’ genoemd. Terwijl dat volgens mij weinig of niets van doen heeft met het werkelijke autisme, van mensen met autisme. Er zijn misschien wel mensen met autisme die zich vrijwillige afzonderen en een gebrek aan realiteitszin hebben. Het merendeel doet dat volgens mij echter vanuit een zoektocht naar veiligheid, mogelijkheid om op adem te komen en behoud van levenskwaliteit.
Misschien zou je dus kunnen zeggen dat mensen met autisme vooral op zoek gaan naar een leven in een cocon van eigen makelij (om vanuit daaruit te ontwikkelen) en niet zozeer in een ‘bubbel’ leven. Een comfortzone die aangepast is aan hun eigenheid om van daaruit af en toe excursies te maken in de samenleving. Als er dan toch een nadeel is aan die bubbel of die comfortzone van mensen met autisme, is het wel dat we er volledig in blijven, en voeling verliezen. Voor wie dat het grootste nadeel is, voor iemand met autisme of voor de samenleving, dat is nog maar de vraag.