Fingerspitzengefühl
Zolang ik al leef, heb ik de indruk dat in deze samenleving woorden die verwijzen naar lichaamsdelen overheersen. In het bijzonder wanneer mensen willen verwijzen aan werkpunten of defecten.
Wie niet goed is in ellebogenwerk, steeds de vinger (te sterk) op de wonde legt of het hart op de (soms te scherpe) tong heeft liggen, heeft het duidelijk niet gemakkelijk in onze samenleving.
Erkend of bot?
De mate waarin we fingerspitzengefühl hebben, bepaalt volgens mij sterk hoe we in de samenleving staan. Of we erkend, gewaardeerd, verstaan worden. Of toch eerder als arrogante, botte, omhooggevallen aap worden behandeld.
Het Duitse leenwoord verwijst immers naar de mate waarin we een goed ontwikkeld gevoel hebben om een situatie juist in te schatten en ernaar te handelen.
Het spel van vingertoppen op de huid
Bij mij roept dit verrukkelijk lippenwoord in de eerste plaats beelden op van vingertoppen die strelen, precies weten waar gevoelige plaatsen op de huid te raken, en waar weg te blijven.
Die aanraking die ‘net goed’ is, tussen gemis en afstoten, dat contact maakt zonder te kriebelen, te krabben of te knijpen. Een aanvoelen die in mijn beleving van liefde onmisbaar is.
Het fingerspitzengefühl van de wasmachine
Verder denk ik bij het woord ‘fingerspitzengefühl’ ook aan die ervaring van rakelings contact met een vreemde in de massa. Bij mij lijkt het dan of ik even tegen een schrikdraad met hoog voltage aanloop. Zo heftig voelt die sensatie van een fractie aanraken met vreemde vingertoppen.
Tenslotte associeer ik het ook met mijn aandrang telkens ik een winkel binnenstap alle koopwaar te betasten. Stoffen, etenswaren, meubels, kunstwerken, … tot zelfs toestellen. Als een toestel niet goed voelt, als het fingerspitzengefühl niet klopt, dan krijg ik het gevoel dat het toestel niet goed zal functioneren, dat het snel defect zal zijn.
Voor ik een toestel koop ga ik dan ook eens met mijn vingers over het toestel. Op zoek naar details die onafgewerkt zijn, naar negatieve aura’s of vibes overgedragen door boosaardige ingenieurs, naar gaatjes die er niet zouden moeten zijn. Vaak aangestaard door een verbaasde verkoper of verkoopster.
Een goed ontwikkeld gevoel om een situatie juist in te schatten
Wellicht kennen de meeste mensen het woord meer in de figuurlijke zin. Als een goed ontwikkeld gevoel of vaardigheid om een situatie juist in te schatten, zich bewust te worden van de verschillende dimensies van de context, en de mogelijkheid om er gepast, tactvol en strategisch in te handelen.
Zoals sommige mensen alleen-zijn met eenzaamheid verwarren, en respect met trots, gebeurt hetzelfde vaak ook tussen fingerspitzengefühl, intuïtie en tact. Die laatste twee zijn volgens mij toch eerder cultureel en in bepaalde mate aanleerbaar, terwijl het eerste iets wat je alleen aanvoelt als je het zelf ook hebt.
Een voortdurend aangepaste mentale kaart van de context in gedachten
Een goed inzicht in de context, overzicht kunnen krijgen van alle betrokkenen en gevat kunnen communiceren zijn belangrijk om een goed fingerspitzengefühl te hebben. Mensen met een of andere vorm van contextblindheid hebben er dus meestal niet al te veel van.
Zoals veel van de termen die verwijzen naar cruciale eigenschappen om te overleven in de samenleving, komt de term uit de militaire context. Mensen met een goed fingerspitzengefühl hebben een mentale kaart in gedachten met daarop alle belangen en bewegingen binnen de context.
Behalve mee zijn met wat er in real-time omgaat, lukt het hen om de veranderende verhoudingen van verschillende soorten informatie en posities van mensen te volgen en zo het overzichtsbeeld te blijven aanpassen. Alsof de verschillende mensen zelf aanwezig waren in de kamer. Alsof je zelf met hen bij de situatie bent.
De eigenschap bij uitstek van een goed hulpverlener
Het al dan niet hebben van fingerspitzengefühl maakt volgens mij onder andere het verschil tussen goed en minder goed hulpverlener, therapeut of psychiater.
Helaas zijn er volgens mij veel hulpverleners die maar met een erg beperkte groep mensen (meestal binnen hun eigen referentiekader en wereldje) fingerspitzengefühl hebben. Dan wordt het wel heel erg moeilijk om betrokkenheid met elkaar te voelen. Het onvermogen van betrokkenheid wordt dan meestal aan de cliënt of de hulpvrager toegeschreven, terwijl het eigenlijk ook (en soms vooral) bij de hulpverlener ligt.
Een goed hulpverlener of therapeut moet immers enorm goed een mentale map van het ‘cliëntsysteem’ maken en die vervolgens continue update houden. Zowel binnen een gesprek dat aan de gang is, als tegen het volgende gesprek en daartussenin. Zonder daar al teveel denkkracht in te steken en er te bewust mee bezig te zijn.
Aanvoelen van smaak en kwaliteit
Daarnaast wordt fingerspitzengefühl ook vaak gekoppeld aan zintuiglijke gevoeligheid of gewoonweg smaak hebben, in de figuurlijke zin.
Als het gaat om het aanvoelen van wat een architecturaal meesterwerk, smaakvol gerecht, een kwaliteitsvolle wijn is, wat kunst is en wat eerder een verdienstelijke poging daartoe is (of toch bedenkelijke kitsch). Iets onbestemds en ongrijpbaars.
Het autistisch fingerspitzengefühl
Het zal niet verbazen dat de meeste mensen met autisme op veel vlakken niet zo’n sterk ontwikkeld fingerspitzengefühl hebben. Zelfs als dat het zoveelste cliché zou zijn, zal het volgens mij erg moeilijk zijn dat te weerleggen. Zeker zonder nieuwe clichés te produceren.
Er is slechts één uitzondering op die regel, namelijk een situatie waarbij mensen met autisme volgens misschien wel die eigenschap hebben.
Als het gaat om iets waar ze heel sterk in uitblinken, wat ze met hart en ziel doen, hun absolute preoccupatie, of wat een kernkwaliteit van hen is. Als zo iemand daaraan werkt, is er niet alleen gevoel voor kwaliteit, maar ook voor alle subtiliteiten, de details, de juiste toon, van begin tot einde.
Zoals je een goed boek wil uitgeven, en daarbij van bij de opbouw van de bladspiegel over de typografie, langs de keuze van papier, tot de omslag die perfect bij het boek past, wil hebben dat alles (zoveel mogelijk) klopt. Zoals een wasmachine zo goed moet gebouwd zijn, dat je met je vingertoppen erover kan gaan, en kan uitmaken hoelang die toestel zal functioneren tot het eerste onderhoud.
In je element zijn
Wie zo’n handeling, activiteit, werk heeft gerealiseerd op zijn gebied, leidt dat meestal tot tomeloze inzet, vaak tot grote tevredenheid, en mogelijks zelfs tot geluksgevoelens.
Op zo’n moment is iemand in zijn ‘element’, het punt waar natuurlijk talent en persoonlijke passie elkaar ontmoeten. Als mensen in hun element zijn, worden ze volledig zichzelf, zijn ze geïnspireerd bezig en halen ze het beste uit zichzelf. Je zou het kunnen vergelijken met de mentale toestand die Mihaly Csikzentmihaly vernoemt in zijn fascinerende boek ‘Flow of de psychologie van de optimale ervaring’.
Om dit element te vinden is vooral belangrijk op zoek te gaan naar de eigen dynamiek. Alleen op zoek gaan naar talenten creëert een onevenwicht waardoor energie verloren gaat (naar beperkingen die in de weg liggen) en uiteindelijk verharding optreedt.
Verbrandde vingertoppen
Jammer genoeg ziet of waardeert niet iedereen waar mensen met autisme fingerspitzengefühl voor hebben. Het is dan ook vaak erg ver verborgen of weggemoffeld. Alle energie wordt immers opgeëist om zo sociaal mogelijk te worden, het liefst dan nog in groep. Iets waar erg weinig, zo niet geen mensen met autisme fingerspitzengefühl voor hebben.
Zo kan het gebeuren dat iemand tegen het begin van de volwassenheid al de vingertoppen heeft verbrand, en het meest waardevolle in zijn leven niet meer herkent in zichzelf. Zeker indien iemand voortdurend wordt weggehaald van zijn of haar passie, of geen kansen krijgen om die passie (welke dan ook) te verkennen of uit te breiden.
Tot slot: moeilijk uit te leggen
Het gaat dan vaak niet om harde kennis maar om vaardigheden die vertrekken vanuit kwaliteiten die aangeboren zijn, een soort instinct om aan te voelen wat het juiste is.
Het is ook vaak erg moeilijk voor iemand met een fingerspitzengefühl voor een bepaalde niche, een gebied ver van wat de massa doet, uit te leggen waarom iets tot in de kleinste details af moet. Of waarom iets dat er prachtig uit ziet op het eerste zicht eigenlijk waardeloos is en niet deugt.
Zoals met veel ervaringen in onze samenleving, wordt wat moeilijk is uit te leggen in woorden, hetzij weggelachen hetzij verwoord in metaforen, bij voorkeur verwijzend naar lichaamsdelen en de ervaringen ermee. Zoals het gevoel dat je hebt in vingertoppen. Het fingerspitzengefühl.
Soms kan ik erg bot overkomen.
Later ontdek ik dat soms.
Ik probeer het wel te voorkomen!
Vriendelijke groet,
LikeLike
@Albert: dankjewel voor je reactie. In ’t vervolg liefst geen website van anderen vermelden alstublieft?
De vergelijking van vleermuizen vind ik zelf moeilijk te begrijpen. Ik associeer er mij niet direct mee. Om een cliché te gebruiken: iedere autist is anders, dus er zullen welicht wel ‘vleermuis’-autisten zijn. Zoals er nt’ers zijn die ook liever ’s nachts werken of leven. Zelf slaap ik toch liever ’s nachts (of doe daar een poging toe).
LikeLike
Echte autisten missen dit inderdaad. Dat maakt het net zo tragisch. Heb ik het mis als ik jullie vergelijk met vleermuizen die tijdens de dag voortdurend tegen muren botsen en je ’s nachts in je element voelt? Zoals mijn zoon bv, hij is een echt nachtdier.
LikeLike