Zonnige groetjes van Tistje … autisme en ansichtkaart schrijven
Uit een zonnig (of koel) oord, van aan een goed gevulde tafel, languit aan het zwembad of vanuit een museum een vakantiekaartje sturen, het lijkt in tijden van Instagram en Facebook enigszins kneuterig geworden. Toch doe ik het nog regelmatig. Als ik op reis ga, maar soms stuur ik er ook van thuis. Ik woon immers in een vakantieoord en voel me het hele jaar door toerist. Bovendien wonen de meeste mensen die ik ken niet meteen in de directe omgeving. Een kaartje sturen hoeft ook niet alleen op reis, het kan bij elke gelegenheid.
Uiteraard stuur ik alleen kaartjes aan mensen waarvan ik het adres weet en waarvan ik weet dat ze het appreciëren. Anderen lezen het op sociale media. Vrienden van mijn ouders sturen wel eens een sms vanop hun reisbestemming, maar dat vind ik net iets te onpersoonlijk. Sms’en heeft, net als mailen, ook het nadeel dat je je wel eens kan vergissen van bestemmeling, en dat er dan iemand waarvan je helemaal niet wil dat die weet waar je bent zo’n berichtje krijgt.
Ansichtkaarten versturen heeft natuurlijk ook iets nostalgisch. Toen ik nog met mijn ouders op reis ging, was het een gewoonte om kaartjes te kiezen, een persoonlijke boodschap te verzinnen en vooral niemand te vergeten. Meestal verzonnen mijn ouders de boodschap en moest ik gewoon mijn naam schrijven. Zoals mijn liefste de kerstkaartjes schrijft, ik mijn naam en de kat haar pootje zet onder een gedichtje.
Ook toen ik als begeleider met mensen met een handicap, onder andere autisme, op reis ging, was de activiteit ‘kaartjes schrijven’ een vast ritueel. De ene hield het bij ‘het eten was lekker’ terwijl de andere druk bezig was om elke millimeter van het kaartje vol te pennen. Die laatste groep mensen was meestal gebaat bij een reisboek, waarin ze alles kwijt konden wat ze op het kaartje wilden schrijven en nadien niet meer wilden vertellen (omdat het momentum toen al voorbij was). Ik was trouwens niet gek op dé h-vraag die telkens opnieuw werd gesteld wanneer ik iemand ontmoette na een reis of vakantie: hoe was het in … of op … ?
Zo’n ansichtkaart beginnen, dat begint met de datum. De verleiding was vroeger groot om de datum aan te passen. Zeker omdat het wat duurde vooraleer ik het juiste kaartje voor de juiste persoon had gevonden. Het gebeurde ook dat de regenachtige dagen, dat zijn de momenten waarop ik kaartjes schrijf, maar niet willen komen, en er zoveel te zien is, dat het pas de laatste dag in mijn gedachten schoot dat ik graag nog enkele kaartjes wilde versturen. Bovendien duurde het toen nog wat langer vooraleer een kaartje aankwam. Tot een week of twee. Of het ging gewoon verloren. Dat kon me toen (en nu nog steeds) wel eens teleurstellen.
De boodschap, dat vormt het middenstuk. Daarin schrijf ik meestal een favoriet moment, een ogenblik dat me om een of andere reden is bijgebleven, een citaat van iemand dat van toepassing is. Ik schrijf zelden over het eten of het weer. Of ik hou het eenvoudig, zoals ‘zonnige groetjes uit …’ met een uitnodiging om eens af te spreken voor meer details. Je kan natuurlijk ook afsluiten met een spreuk of wens.
Voor wie geen inspiratie heeft, bestaan er nu ook vakantieteksten op het internet, die je kan overschrijven of zelfs vooraf geprint op een etiketje kan meenemen. Voor iemand die niet goed weet wat schrijven, of het moeilijk heeft met hoofd – en bijzaken voor op een kaartje, kan het tijd en frustratie besparen.
Het kan ook een oplossing zijn voor een valkuil waar veel reizigers en vakantiegangers nogal eens intrappen. Die valkuil is vooral vastleggen wat ze bezoeken zonder er echt naartoe te kijken, zonder aanwezig te zijn waar ze zijn. Zoals sommige mensen op reis in de krampachtige houding vallen om alles en nog wat vast te leggen om foto of film, zijn er mensen die op zoek naar zijn naar het ultieme ansichtkaartje en de ultieme boodschap daarop. Misschien komt die kramp waarin ze schieten wel een gevolg van hun onzekerheid of ze wel zien wat er is, en of anderen hen wel zullen geloven als ze straks over hun reis zullen vertellen.
Zo’n vooraf geprinte reisboodschap op een kaartje kan ook de leesbaarheid bevorderen voor wie een moeilijk leesbaar handschrift heeft. Heel origineel is het natuurlijk niet, maar het origineelst blijft volgens mij toch een reisjournaal of – brief, of, wat moderner, een reisfilm of – diavoorstelling. Om daar dan in goed gezelschap en met hapjes en drankje van te genieten.