15 tips voor een betere verstandhouding … autisme en communicatie

 

Foto van milan degraeve op Unsplash

 

  1. Als je graag hebt dat ik iets voor jou doe, geef me dan duidelijke, ondubbelzinnige instructies. Wees direct, maar niet grof,  geïrriteerd of neerbuigend, dat komt voor mij echt onaangenaam over.
  2. Verwacht niet dat ik reageer op een manier waarvan jij misschien denkt dat het zo hoort omdat je veronderstelt dat iedereen zo reageert. Geloof me, dat leidt alleen tot misverstanden en teleurstelling. Ik toon mijn emoties nu eenmaal wat anders dan je misschien zou verwachten. Toch komt elk gevoel en elke reactie recht uit mijn hart.
  3. Veronderstel niet dat ik mijn gedachten en gevoelens niet goed kan uitdrukken als ik niet (meteen) vlot met gesproken taal communiceer. Mijn verbale communicatie wisselt namelijk heel sterk. Zo ben ik nieuwe situaties zeer zwijgzaam, en kan ik in vertrouwde situaties niet stoppen met praten.
  4. Laat me, als ik daar nood aan heb, op adem komen in ruimtes waar ik alleen kan zijn (of met de mensen die een ontspannende invloed hebben- en mijn ding kan doen om te ontspannen. Neem het niet persoonlijk op als ik jou en het gezelschap rondom jou even verlaat, het is gewoonweg zelfkennis en bovendien noodzakelijk.
  5. Verwacht niet dat ik als ‘meerderjarige’ (ik weet niet of ik volwassen ben) mijn autisme ontgroeit ben, of dat mijn autisme geleidelijk aan ‘uitdooft’ naarmate mijn omgeving is aangepast, naarmate ik minder stress heb of naarmate mijn sociale of executieve vaardigheden meer getraind worden.
  6. Ook al heb je bepaalde ideeën of regels over kledij en bepaalde etiquette, dwing me dan niet om bepaalde kledij te dragen of bepaalde handelingen te stellen als ik daar een diepgewortelde afkeer van heb. Als het gaat om kledij, veroorzaken bepaalde structuren van weefsels of de pasvorm een buitengewoon onbehaaglijk gevoel dat mij misselijk maakt, huiduitslag veroorzaakt of zelfs kan doen wegdraaien. Je kan me wel helpen door te helpen zoeken naar een alternatief en door me concreet en duidelijk (maar ook vriendelijk) uit te leggen waarom en hoe ik we in de richting van een compromis kunnen komen.
  7. Wees niet ontdaan als ik op een bepaald (onverwacht) moment met jou niet kan praten, bijvoorbeeld op straat of tijdens het winkelen. Dat heeft heel weinig met jou te maken, maar met de prioriteiten die ik op dat moment moet stellen. Natuurlijk mag je me voorstellen om op een ander moment of op een andere manier contact op te nemen. Ik vind het erg leuk de kans te krijgen om in goede omstandigheden kennis te maken met nieuwe mensen en mensen van vroeger.
  8. Probeer flauwe grapjes, beledigende humor of opmerkingen die dubbelzinnig zijn en opgevat kunnen worden als plagen of pesten in je omgang met mij te beperken. De kans is groot dat ik op dat moment volop bezig ben overzicht te houden over de situatie waarin ik me bevindt, en dat jouw inbreng mij van slag brengt. Bovendien kan het mij later, als je waarschijnlijk al lang bent vergeten, nog lang bezighouden, en mij van mijn kostbare slaap houden.
  9. Veronderstel niet dat mijn taal of mijn prestaties op een bepaalde plek weerspiegelt hoe ik het er op andere plaatsen, in andere situaties of in andere levensgebieden van af breng. Dat kan namelijk heel sterk wisselen en schommelen. Het gaat er bij mij immers heel anders aan toe ‘voor de schermen’ (in het openbare en professionele leven) dan ‘achter de schermen’ (thuis, in persoonlijke levenssfeer, huishoudelijke organisatie en relaties).
  10. Geef zoveel als mogelijk kansen aan mij als autistische persoon (en uiteraard ook aan anderen) als je dat kan in jouw functie, maar wees er ook bewust van dat ik als mens met autisme gelijkwaardig voor gewaardeerd wil worden.  Dat betekent onder andere betaald worden zoals het hoort (als dat het geval is) maar ook gerespecteerd worden zoals iemand zonder autisme die hetzelfde doet.
  11. Als ik me voorstel als autistisch persoon, probeer me dan niet te overtuigen dat ik geen autisme heb, of dat het ‘al bij al nog meevalt met jouw autisme’. Vertel me niet dat ik licht of mild autisme heb, en ‘dat er toch veel zwaardere gevallen zijn, zoals degenen in zelfhulpgroepen of die hulp nodig hebben van een coach’. Je bent niet in de positie om dat te zeggen, je afwijzing is vermoedelijk gebaseerd op een rits foute en verouderde stereotypes, en verder komt het ontzettend grof en kwetsend over. De kans bestaat dat ik iets even grof antwoordt, zoals ‘jij ziet er ook helemaal niet intelligent uit en toch spreken wij met elkaar’, om je vervolgens nooit meer te willen zien.
  12. Geef me de nodige tijd om te antwoorden wanneer je mij dingen vraagt, zelfs als het voor jou een vrij eenvoudige vraag lijkt. Soms ben ik assertief en energiek genoeg om te zeggen dat ik het niet meteen weet, maar soms ook niet.  Ik blijf bovendien soms vasthaken aan bepaalde woorden of uitdrukkingen, waarvan de betekenis mij verwart of die mij fascineren.
  13. Hou in het achterhoofd dat ik niet volledig samenval met mijn autisme en dat ik zowel beperkingen als mogelijkheden heb die mijn eigenheid bepalen. Veronderstel dus niet dat oplossingen of handvatten die bij andere autisten succes hebben bij mij hetzelfde resultaat zullen hebben. Denk ook niet dat bepaalde dingen die ik kan, die de mensen met autisme die jij kent niet kunnen, het bewijs zijn dat ik geen autisme zou hebben.
  14. Als je wil dat ik met jou in contact kom (als handelaar, als hulp – of dienstverlener, als overheid, …), reik me dan verschillende communicatiemogelijkheden aan. Dwing me bijvoorbeeld niet te telefoneren, omdat zoiets volgens jou de beste manier is. Voorzie in alternatieven waardoor ik mij kan concentreren op het belangrijkste, het contact en wat ik graag duidelijk wil maken, in plaats van op het medium en de actie daarbij (telefoneren).
  15. Probeer me als autistische mens niet testen door me in een situatie te dwingen die volledig nieuw is, omdat je denkt dat ik alleen op die manier zal kunnen leren en mijn lat hoger zal leggen. Je kan immers niet weten hoe hoog ik mijn lag let, je kan het alleen maar vanuit jouw standpunt inschatten. Bovendien is zoiets niet alleen enorm angstaanjagend maar het zal ook mijn vertrouwen in jou enorm beschadigen

Losjes geïnspireerd door de 30 tips die de Britse leerkracht, vader en ervaringsdeskundige Pete Wharmby op zijn Twitter-account geeft om mensen met autisme te helpen. 

2 Comments »

  1. hoi ina,

    kan je mij daar iets meer over uitleggen, wat zo’n moment van hyper is, ben je dan heel druk, hoge hartslag? alsof je iets teveel koffie of suiker gegeten hebt ? of hardgelopen hebt ? ben benieuwd! ervaar je dat als vervelend of bedreigend ? of moet je dan gewoon even een stille kamer in?

    Like

  2. Mooi artikel, erg fijn om alle punten die je beschrijft te herkennen. Ik heb zelf ook nog een belangrijke: mijn energielevel is erg laag maar ik heb momenten dat ik hyper ben. Het is voor anderen soms lastig te begrijpen hoe extreem mijn energielevel kan wisselen.

    Geliked door 1 persoon

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.